Financiële verslaggeving door grote ondernemingen is normaliter bedoeld om aandeelhouders en beleggers te informeren. In de zeventiende en achttiende eeuw, toen de VOC tot bloei kwam, bestond die ‘link’ evenwel nog niet. Participaties in de VOC werden echter wel regelmatig verhandeld en later zelfs aan de Amsterdamse beurs genoteerd. Desondanks vond er geen externe financiële verslaggeving door de VOC plaats, zodat kopers en verkopers geen informatie kregen voor een betrouwbare waardering van deze participaties. Interne financiële verantwoording bestond wel, maar was inhoudelijk aan veel kritiek onderhevig. Was dat terecht?