
Nederlandse multinationals verplaatsen niet alleen de fabriek, de ict-afdeling en het callcentrum naar het buitenland, ook de managers verhuizen steeds vaker naar Azië en de Verenigde Staten. Dat blijkt uit onderzoek van de Volkskrant.
De krant nam 23 Nederlandse beursgenoteerde multinationals onder de loep. Daarvan hadden er 14 al een of meer leden van de raad van bestuur en de bestuurstop naar het buitenland verhuisd. In de helft van de gevallen vond de verhuizing in de laatste vijf jaar plaats.
Topman in China
Zo benoemde Philips zijn topman in China, Patrick Kung, in 2012 tot het zogeheten executive committee van het concern. Ahold verhuisde in 2013 bestuurslid James McCann naar de VS. Chemieconcern DSM verplaatste in vijf jaar tijd zelfs 60 van zijn 360 hooggeplaatste bestuurders naar onder meer Singapore, New Jersey en Shanghai.
Heikel punt
De uittocht raakt volgens economen een heikel punt, schrijft de krant. Tot nu toe overheerste de opvatting dat vooral laaggeschoold werk uit Nederland verdwijnt en dat de vele banen voor hoogopgeleide managers en onderzoekers bij bedrijven in de polder blijven.
Weg lokken
Volgens hoogleraar strategisch management en ondernemingsbeleid Henk Volberda van de Erasmus Universiteit lokken de vertrekkende managers namelijk de onderzoekscentra weg uit Nederland. De noodzaak voor multinationals, zoals elektronicafabrikant Philips of de Limburgse chemiereus DSM, om het denkwerk in Nederland te doen, neemt af.