
Investment Director van HB Capital Taco Rietveld verwacht bij een bedrijf met potentie een CFO-nieuwe stijl. ‘De CFO zit duidelijk in de business. Het moet niet zo zijn dat je alleen bezig bent met de achterkant van de onderneming.’
Ontspannen zit Rietveld aan het hoofdeinde van een gigantische vergadertafel omgeven door een regiment lege stoelen. De besprekingen zitten er op bij het Amsterdamse telecombedrijf Koning & Hartman, een nieuwe aanwinst van HB Capital. Rietveld schenkt het bezoek een glas water in en denkt na over de vraag: hoe herken je groei-elementen in een bedrijf? ‘Tja, dat is elke keer anders. Ook voor elke sector verschilt het enigszins. Bevolkingsgroei, internetpenetratie, stijging van opleidingsniveau en inkomen kunnen belangrijke groeidrivers zijn’, begint hij.
Meer dan cijfers opvragen
Technische kennis, formules en verhoudingsgetallen heeft deze ervaren praktijkman sowieso in de toppen van zijn vingers, maar een selectieproces dat leidt tot een deelname in een bedrijf omvat meer dan cijfers opvragen en sommen maken. Al zijn de getallen uiteindelijk voor een investeerder wel doorslaggevend: ‘Als je bijvoorbeeld veel moet investeren in je vaste activa, kun je een hele leuke EBITDA-marge hebben, maar dan is jouw cashflowgeneratie nog steeds heel erg mager. De toplijn is organische omzetgroei. “Onder de streep heb ik de nettowinst”, zegt de boekhouder vervolgens. Maar ik zeg: de bottom line is netto cashflow. En wel: voor de aandeelhouder.’
Groeisectoren
HB Capital investeert sectorbreed in bedrijven met een hoofdkantoor in Nederland. ‘Groei wordt erg gedreven door demografie. Dat belooft niet veel goeds voor de lange termijn. Daarom kiezen wij voor sectoren die groeien door nieuwe ontwikkelingen, gedreven door technologie. Denk aan de maakindustrie, telecommedia en de technologiesector.’ Bij het beoordelen van een bedrijf neemt Rietveld eerst de historische omzetgroei van de laatste paar jaar onder de loep. ‘Gaat het om organische groei? We laten acquisities daarbij buiten beschouwing, die kun je altijd nog doen.’ Ook valuta-effecten op de omzet, filtert hij eruit. ‘Zeker van de dollar-euro-ontwikkeling in 2014 hebben bedrijven met een Europees hoofdkantoor en die in Amerika omzet halen, geprofiteerd. Maar dat is geen échte groei.’
De diepte in
De recente minderheidsinvestering in Koning & Hartman kent die bezwaren niet. Het bedrijf maakte de laatste jaren een omzetgroei door van maar liefst 20 procent. Die heeft volgens Rietveld zijn basis in een frisse, in de tijdgeest passende strategie. ‘Als we naar een bedrijf kijken, laten we de sector, inclusief de mening van klanten, concurrenten en toeleveranciers in kaart brengen door grote bureaus als McKinsey of Roland Berger, die de private-equityhuizen ondersteunen bij hun commerciële due diligence. Zo onderscheiden we de marktleiders. Of, in een gefragmenteerde markt, juist de groeimogelijkheden door buy and build.’
Maar uiteindelijk beoordeelt Rietveld de gegevens van een onderneming zelf. ‘De jaarrekening analyseren, kijken in welke businessunits de omzet heeft plaatsgevonden, in welke landen, in welke markten… Pas dan ga je praten. Bijvoorbeeld over de competitive edge van een onderneming.’ Die wordt bij zo’n techbedrijf als dit gevormd door technische kennis van de werknemers, continue aandacht voor R&D én het samenbrengen van verschillende markten met telecom, media en industrie. Dat levert marktgroei op. Dit techbedrijf is voor veel partijen interessant. Van de spoorwegen tot de auto-industrie…’
Groeitrends
Ook cv-ketelfabrikant Intergas maakt deel uit van de HB Capital-stal. Daar bleek regelgeving door de Europese Unie een van de groei-elementen. ‘De particuliere ketelmarkt is verzadigd. Iedereen heeft zo’n ding. De technologie is al vijftig jaar oud, maar de overheid gaat HR-ketels verplicht stellen. Daar zit nog ontwikkeling in. En: er komen steeds meer eenpersoonshuishoudens die allemaal een eigen cv-ketel willen. Dus die maatschappelijke trend neem je mee. Intergas is marktleider in aantallen ketels, maar niet in omzet. Als ondernemer ben je dan gedwongen om naar het buitenland te gaan. In zo’n gevestigde sector is daar de enige mogelijkheid: een positie kopen. Zo kon Intergas onlangs uitbreiden naar Canada. Groeimogelijkheden zitten ‘m in de cv-wereld in het samenkomen van de airco- met de cv-ketelmarkt, in de trend van hergebruik van warmte in huis naast het toenemende gebruik van smart technology met dingen als slimme meters zoals Nest. In het algemeen geldt: zonder investering in productontwikkeling zal de groei afnemen en negatief worden. In deze klassieke sector vind je alleen groei in bedrijven die continu bezig blijven met hun R&D.’
Pas op voor klantenconcentratie, stelt Rietveld. ‘Daarbij haalt een onderneming 20 tot 40 procent omzet uit een stuk of drie dominante klanten. Je wilt niet dat de omzetgroei vooral daar zit, omdat dan die dominantie alleen maar groter is geworden. Een risico dat je makkelijk over het hoofd kunt zien, zoiets staat niet in de jaarrekening. Je moet er echt naar vragen.’ Ook overheidsbemoeienis met een sector – hoe gunstig soms ook – kan overnight in een groeikiller veranderen als deze wegvalt. Rietveld trekt een vies gezicht als hij gesubsidieerde activiteiten noemt als wind- en zonne-energie, renewables en een omgevallen bedrijf als Estro Kinderopvang. ‘Ook nog eens zwaar gereguleerd en opererend in een krimpmarkt. Sectoren die niet op eigen kracht kunnen overleven, daar blijf ik van weg.’
Nieuwe stijl
De CFO is voor Rietveld een belangrijke gesprekspartner. ‘De CEO gaat over groei, maar ik verwacht eenzelfde focus op de business van de CFO. De CFO van nu voert een prudent beleid, maar is ook thuis in corporate finance. Specifiek zal ons gesprek natuurlijk gaan over het financieel management. Ik kijk hoe de periodieke rapportages eruitzien, hoe vaak ze verschijnen en vooral of het tijd kost om ze te produceren. Een goede CFO laat zich ondersteunen door IT. Het leveren van gevraagde informatie moet maximaal geautomatiseerd en minimaal foutgevoelig zijn. Is de CFO een goede gesprekspartner voor de bank? Ik verwacht een businessplan waarin omzetgroei voor de komende jaren wordt onderbouwd. Vaak staan er geen acquisities in. Heeft deze CFO wel relaties met de M&A-markt, met de adviesbureaus, met M&A-advocaten? Als die relaties er zijn, komen acquisities vanzelf in beeld. Ontbreekt die kennis, dan kun je die ontwikkelen. Niemand is meteen volmaakt.’
Boek Investeren en financieren
Na vijftien jaar ervaring in de financiële sector, schreef Rietveld glashelder op hoe investeren en financieren in zijn werk gaat. ‘Er was geen boek dat in de praktijk beschrijft wat wij doen. In Nederland zijn er, schat ik, zo’n duizend mensen die op een professioneel niveau investeren. Een praktijk die niet bekend is bij de gemiddelde belegger, de gemiddelde accountant en de gemiddelde CFO. Voor hen wilde ik dit boek schrijven. Het is geen trucje wat wij doen, maar het proces is wel steeds hetzelfde. Het is goed leesvoer voor CFO’s denk ik. Dit is toch een wereld die velen niet bekend is. Voor jonge mensen die willen overstappen naar private equity. Advocaten, private bankers, informal investors bestellen het. Wanneer je als CEO op het overnamefront actief bent, moet je je toch hierin verdiepen om met je CFO te kunnen praten over de financiële kant van je acquisities.’ Het boek is verkrijgbaar via www.vakmedianetshop.nl
Wie is Taco Rietveld?
Taco Rietveld (1975) studeerde Economie in Tilburg en begon zijn loopbaan bij dé bank. Bij ABN AMRO en HBOS leerde hij in ruim acht jaar (1999-2007) het financieringsvak van de ‘andere kant van de tafel’.
Begonnen als trainee doorliep Rietveld een snel stijgende leercurve. Van accountmanager via Financial Restructuring tot Leveraged Finance. Een kredietachtergrond dus, inclusief overnamefinanciering: acquisities financieren voor private-equityhuizen. Hoe het fout kan gaan zag hij als bijzonder beheerspecialist met de portefeuille grootbedrijfrelaties die met verlies draaien. Rietveld: ‘Daar zie je hoe de praktijk aankijkt tegen zowel investeren in bedrijven als financieren van bedrijven. Dan kijkt er niemand meer naar nettowinst.’ Als Investment Director van HB Capital, het investeringsvehikel van de familie Blokker, doet Rietveld dat wel. Sinds 2008. ‘Met die ervaring weet je dat banken ook partijen zijn, waarmee je kunt onderhandelen in moeilijke situaties. Een CFO zonder bancaire ervaring realiseert zich dat vaak niet.’
Meer corporate growth? www.executivefinance.nl/corporategrowth