
De Organisatie voor Economische Samenwerking en Ontwikkeling (OESO) wil met het actieplan Base Erosion and Profit Shifting (BEPS) fiscale wetgeving en belastingverdragen moderniseren. Coherentie is hét uitgangspunt.
De ontwikkeling van de fiscale wetgeving en de belastingverdragen heeft de toenemende digitalisering en globalisering van de economie niet kunnen bijhouden. De wetgeving en verdragen zijn verouderd en ook tussen landen bestaan soms grote discrepanties. Internationale bedrijven hebben daar gebruik van gemaakt bij hun fiscale planning. Dit heeft tot veel maatschappelijke en politieke discussies geleid. Als reactie op deze ontwikkelingen heeft de OESO het zogenaamde BEPS-actieplan ontwikkeld met als doel de wetgeving en verdragen te moderniseren.
Het BEPS-actieplan bestaat uit drie pijlers:
- het creëren van internationale coherentie in de systemen van vennootschapsbelasting;
- herstellen van de effecten en voordelen van internationale regelingen door het weer in balans brengen van de belastingheffing met de economische substance;
- het transparanter maken van de heffing.
In de tabel vindt u een overzicht van de 15 actieplannen over de drie pijlers.
We gaan kort in op de BEPS-acties die naar verwachting de grootste impact hebben.
Pijler 1: Coherentie
Mogelijkheden tot fiscale planning worden gecreëerd doordat systemen niet op elkaar aansluiten of door concurrentie met speciale belastingregimes zoals de innovatiebox. Pijler 1 heeft als doel te komen tot een uniformering. Door de regels beter op elkaar af te stemmen moet bijvoorbeeld worden voorkomen dat met behulp van hybride fiscale instrumenten en entiteiten kosten aftrekbaar zijn in één land terwijl de opbrengst niet belast is in het andere land (actie 2). Verder worden er nadere grenzen gesteld aan de aftrek van rente (actie 4) door deze te maximeren op 10 tot 30 procent van EBITDA. De belastingconcurrentie tussen landen door middel van speciale belastingregimes wordt ook aan banden gelegd (actie 5). Aan speciale regimes zoals de innovatiebox worden nadere voorwaarden gesteld door deze alleen toe te staan indien een bedrijf daadwerkelijk R&D activiteiten uitvoert in een land.
Pijler 2: Belastingheffing aansluiten bij substance
Deze pijler is gericht op het in lijn brengen van daadwerkelijke economische activiteiten (substance) en de waardecreatie met de belastingheffing. Het zijn niet langer de contractuele afspraken die louter bepalend zijn voor de belastingheffing. De transfer pricing (acties 8 tot 10) zal daarom meer aansluiten bij waar functies daadwerkelijk worden uitgeoefend. De werkelijke handelingen ten aanzien van de intercompanytransacties zijn bepalend. Voor de risicoanalyse is bijvoorbeeld niet alleen van belang wie de controle heeft, maar ook of deze entiteit de (financiële) capaciteit heeft om het risico te dragen. Het voorgaande impliceert bijvoorbeeld dat als een vennootschap geen personeelsleden heeft die het intellectueel eigendom beheren, exploiteren, onderhouden en doorontwikkelen, er aan zo’n vennootschap weinig winst toe te rekenen is.
Een ander belangrijk onderdeel van deze pijler zijn vaste inrichtingen (actie 7). Als een vennootschap in het buitenland zaken doet, wordt alleen belasting geheven in dat andere land als een vaste inrichting of een vaste vertegenwoordiger aanwezig is. Het actieplan heeft tot gevolg dat er veel sneller een vaste inrichting is. De uitzondering voor hulpactiviteiten zal niet meer gelden als deze activiteiten een cruciaal onderdeel vormen van het bedrijfsmodel. U kunt hierbij denken aan een webshop die voorraad heeft in het buitenland, waarbij dit voor het logistieke model van cruciaal belang is. Ook het begrip vaste vertegenwoordiger wordt uitgebreid. Niet alleen de formele tekeningsbevoegdheid is bepalend. Ook buitenlandse vertegenwoordigers zonder deze bevoegdheid kunnen een vaste vertegenwoordiger zijn, als zij een cruciale rol spelen in het hele orderproces.
Pijler 3: Transparantie
Meer transparantie moet het de fiscale autoriteiten in de verschillende landen mogelijk maken om vast te stellen dat de belastingheffing ook daadwerkelijk aansluit bij de principes die in de andere actiepunten zijn geformuleerd. Meer transparantie betekent meer informatie en uitwisseling daarvan. Daar deze informatie moet worden geproduceerd door de verschillende belastingplichtigen, kan deze pijler niets anders betekenen dan dat de compliancekosten voor ondernemingen toenemen.
Actie 13 leidt tot verdere uniformering van transfer pricingdocumentatie. De documentatie bestaat uit een local file en een masterfile. Waar de masterfile een overzicht biedt van de groep en de transfer-pricingpolicy, geven de local files een meer gedetailleerd beeld van de functies, de activa en risico’s in een bepaald land. Daarnaast wordt voor bedrijven met een wereldwijde geconsolideerde omzet van meer dan 750 miljoen euro country by country-reporting ingevoerd. Deze bedrijven dienen een standaardrapportage in te vullen voor elk land waar ze actief zijn. Het totaal van deze rapportages geeft dan een overzicht van de allocatie van inkomsten, de betaalde belasting en de economische activiteiten in een land. Ook fiscale autoriteiten gaan meer informatie uitwisselen, bijvoorbeeld over rulings (actie 5 en 12).
Implementatie
Het BEPS-actieplan is een indrukwekkend pakket maatregelen. Het zal nog wel even duren voordat de maatregelen zijn ingevoerd. De actieplannen laten landen nog enige vrijheid bij het implementeren van de regels. Het is derhalve de vraag in hoeverre de gewenste coherentie wordt bereikt. Daarnaast neemt de kans op dubbele belastingheffing toe. Een deel van de acties moet in belastingverdragen worden verwerkt. Dit kan lang duren. De OESO werkt echter aan een multinationaal instrument dat de implementatie aanzienlijk kan versnellen. Nederland heeft al een deel verwerkt in wetgeving die per 1 januari 2016 van kracht is geworden. Het gaat dan om de transfer pricingdocumentatie, country by country-reporting en een anti-hybrid aanpassing in de deelnemingsvrijstelling.
Betekenis
Het actieplan heeft consequenties voor alle internationale ondernemingen. Het is de verwachting dat het actieplan van invloed heeft op ondernemingen die:
- een buitenlandse vestiging hebben;
- inkopers of verkopers hebben die in het buitenland actief zijn;
- online producten of diensten verkopen aan buitenlandse afnemers;
- onderdeel uitmaken van een internationale groep.
Door de beleidsvrijheid bij de implementatie van de acties verwachten wij dat de kans op dubbele belastingheffing sterk toeneemt, met als gevolg dat fiscale planning juist belangrijker wordt. Nu om de dubbele belastingheffing te voorkomen. De verwachting is dat fiscaliteit en economische realiteit dichter bij elkaar zullen komen. De toenemende transparantie zal de slagkracht van de fiscus bij het toetsen daarvan vergroten. Het is daarom van belang om nu na te gaan in hoeverre uw huidige fiscale strategie aanpassing behoeft. Er is nog enige tijd om de benodigde aanpassingen te verrichten.
Hans Noordermeer en Winfred Damler zijn werkzaam bij BDO International Tax Services te Rotterdam
Actieplannen downloaden
De BEPS-actieplannen kunt u downloaden op de website van de OECD: www.oecd.org. Uitgebreide samenvattingen van de belangrijkste BEPS-rapporten vindt u op www.bdo.nl/beps
Permanente educatie
Wilt u meer weten over fiscaliteit? Volg een online cursus via www.executivefinance.nl/pe of zie www.executivefinance.nl/fiscaal