
De Europese Unie (EU) en de Verenigde Staten (VS) zijn in onderhandeling over de Transatlantic Trade & Investment Partnership (TTIP). Er is veel over te doen. Maar wat is precies de stand van zaken?
Volgens cijfers van het CBS werkt 59 procent van de Nederlanders bij een bedrijf dat importeert, exporteert of beide doet. Daarnaast bieden buitenlandse bedrijven in Nederland werk aan 800.000 mensen. Handel is dus erg belangrijk voor onze economie, stelt het ministerie van Buitenlandse Zaken. Daarom wil het afspraken maken over internationale handel met de Verenigde Staten. Die gaan onder meer over het verbeteren van de toegang van de beide markten door het afbouwen of afschaffen van importtarieven en het wegnemen van onnodige niet-tarifaire belemmeringen.
Aanpassing van Amerikaanse wetgeving
Over dat laatste: op dit moment bepaalt de Amerikaanse wet bijvoorbeeld dat tussen Amerikaanse havens alleen Amerikaanse schepen mogen varen. Nederlandse schepen, bijvoorbeeld baggeraars, kunnen daardoor niet aan de slag in de VS. Aanpassing van de Amerikaanse wetgeving kan ervoor zorgen dat Nederlandse schepen aan de slag kunnen in de VS.
Maar TTIP gaat ook over het afstemmen van regels en standaarden voor producten en verdere economische integratie van de EU en de VS. “De EU en de VS zijn de twee grootste economieën ter wereld”, stelt het ministerie van Buitenlandse Zaken. “Zij delen belangrijke waarden, zoals vrije handel en respect voor mensenrechten. Met TTIP willen de EU en de VS wereldwijde standaarden stellen. Bijvoorbeeld voor eerlijke investeringsbescherming.” Buitenlandse Zaken heeft een document met vragen en antwoorden over TTIP gemaakt.
Snelle afronding van onderhandelingen
Westerse regeringsleiders zoals Angela Merkel (foto) willen een snelle afronding van de onderhandelingen over het trans-Atlantische vrijhandelsakkoord TTIP. ,,We moeten ons haasten”, zei de Duitse bondskanselier onlangs na een gesprek met de Amerikaanse president Barack Obama. Merkel is ervan overtuigd dat de overeenkomst ,,absoluut helpt de economie van Europa beter te laten groeien”. Merkel vindt dat de onderhandelingen al zover zijn gevorderd dat enige spoed op zijn plaats is. ,,Ik ben blij dat de president die wil steunen. Wij zullen onze bijdrage moeten leveren.”
Obama ging er niet vanuit dat de ratificatie van het TTIP-akkoord voor het einde van zijn ambtsperiode zou komen. Hij sprak nu de hoop uit dat het toch voor januari gaat lukken. Een deel van de problemen die hij in eigen land ondervindt bij de afsluiting van de overeenkomst hebben te maken met de verkiezingscampagne. Voorstanders hebben becijferd dat de overeenkomst beide grootmachten aan de Atlantische Oceaan ieder 100 miljard dollar extra kan opleveren. Obama zei dat de Amerikaanse economie ontegenzeggelijk heel veel te danken heeft aan in- en export zonder allerlei belemmeringen. Ook de landen waarmee vrijelijk handel werd gedreven hebben daar profijt van gehad.
Vrees voor voedselveiligheid
De groeiende groep Europeanen die TTIP afwijzen zijn onder meer bezorgd over de voedselveiligheid en de ‘invoer’ van de Amerikaanse claimcultuur. Ze hekelen bovendien de ondoorzichtige besluitvorming over het trans-Atlantische handelspact. De Sociaal-Economische Raad (SER) sloot zich daarbij aan. Veel mensen zijn volgens SER-voorzitter Mariëtte Hamer (foto) bang dat door afspraken over vrijhandel tussen de VS en Europa regels en voorschriften ter bescherming van bijvoorbeeld voeding, milieu en klimaat minder streng worden in Europa. “Deze moeten worden gewaarborgd.”
Overheden moeten volgens de SER in staat blijven om de bescherming van die belangen op hetzelfde niveau te houden of te verbeteren. Bepaalde diensten moeten van algemeen publiek belang kunnen worden verklaard en daarmee worden uitgezonderd van het vrijhandelsverdrag. Het advies komt volgens haar overeen met de inzet van Nederland en de Europese Commissie in de onderhandelingen. Een oordeel heeft de SER nog niet over het verdrag, aangezien de onderhandelingen nog gaande zijn. Een wereldwijd akkoord blijft volgens de SER de voorkeur houden. Het verdrag mag geen belemmering vormen voor deelname van bijvoorbeeld derdewereldlanden of voor een nieuw wereldwijd handelsakkoord.
Tegenwicht aan onzekerheid
Volgens voorzitter Hans de Boer van werkgeversorganisatie VNO-NCW kan het verdrag tegenwicht bieden aan de onzekerheden in de internationale politiek en economie. ,,Het slechten van handelsbarrières kan een krachtige impuls opleveren voor de economie.’’ Tegenstanders van het TTIP menen dat het SER-advies in de praktijk een duidelijk nee betekent tegen het verdrag. ,,De eisen die de polder aan duurzame handelsverdragen stelt kunnen nog wel ambitieuzer, maar ook aan de kaders van de SER voldoet TTIP al niet”, aldus Milieudefensie, TNI, SOMO en Greenpeace in een gezamenlijk verklaring. Minister Lilianne Ploumen (Internationale Handel) benadrukte dat alleen een handtekening wordt gezet ,, onder een goed en eerlijk” akkoord. ,,Dat betekent: goed voor de Nederlandse consument, werknemer en ondernemer, en met behoud van onze hoge standaarden en democratische vrijheden.”