
Hugo Rojas-Romagosa, een van de onderzoekers van de economische gevolgen van TTIP, verwacht dat de potentiële economische effecten van TTIP positief zullen zijn, in het bereik van een one-off verhoging van 2 procent van het reële inkomen.
Rojas-Romagosa en zijn partner Eddy Bekker analyseerden in opdracht van het Centraal Plan Bureau verschillende studies door andere instellingen en academici op het gebied van de handelsovereenkomst TTIP. Het tweetal concludeerde dat een redelijke waarde van de verwachte inkomsten die behaald zal worden uit TTIP ongeveer 2 procent is.
Fouten in de media
De berichtgeving over de groei laat volgens Rojas-Romagosa te wensen over. ‘Het is belangrijk om in gedachten te houden dat de economische effecten een eenmalige verhoging van het reële inkomen zijn en niet een groeistijging van 2 procent. Gezien het feit dat de groei van de EU in de onder de 1 procent is geweest afgelopen jaren, zal dat zeer hoog zijn. Sommige media hebben de fout gemaakt door deze toename van inkomen te verwarren met een groeitoename.’
Staking of mindering van activiteiten
Het is echter niet alleen maar rozengeur en maneschijn. Volgens Rojas-Romagosa zal de belangrijkste economische trade-offs de aanpassing van de productie van minder naar meer concurrerende bedrijven zijn. Hierdoor zullen sommige bedrijven hun activiteiten in specifieke sectoren moeten verminderen of staken. Aan de andere kant zullen anderen toenemen. ‘Deze veranderingen zullen echter worden beperkt tot maximaal 5-10 procent van de huidige activiteit in bepaalde sectoren, over het algemeen, de verhogingen zullen opwegen tegen de verlagingen, zodat de totale opbrengsten stijgen,’ aldus Rojas-Romagosa.
In verband met deze productieherschikking, zal een aantal werknemers van baan moeten veranderen. Dit zal op korte termijn aanpassingskosten creëren voor deze bijzondere werknemers. In het algemeen wordt echter verwacht dat de mobiliteit van werknemers beperkt zal zijn, aangezien de aanpassing zal plaatsvinden in een periode van vijf tot tien jaar. Volgens Rojas-Romagosa is dit goed binnen de normale jaarlijkse mobiliteit op de arbeidsmarkt in het reguliere verkeer van werknemers tussen vacatures.
‘Overeenkomst met bijvoorbeeld China zou grotere gevolgen hebben’
Een bijzondere eigenschap van TTIP is dat het handelsverkeer toeneemt tussen twee regio’s die zeer vergelijkbaar inkomensniveaus hebben, waar de vaardigheden van werknemers in het algemeen, ook van vergelijkbare niveaus zijn. Als zodanig zal de toegenomen handel profiteren van zowel de laag- en hooggeschoolde werknemers. De gevolgen zouden groter zijn bij een overeenkomst met een land als China. Rojas-Romagosa: ‘Het zal een andere situatie zijn als de handelsovereenkomst was met een regio met een lager inkomen en vaardigheidsniveaus waar de laaggeschoolde werknemers relatief overvloedig zijn. In dit geval zal de toegenomen handel van de vraag en de lonen voor de Europese laaggeschoolde werknemers verkleinen.’