
De laatste jaren is de transparantie van financiële rapportages flink verhoogd, niet in de laatste plaats dankzij de internationale normen voor financiële verslaglegging (IFRS). Henry van Beusichem van Rotterdam School of Management, Erasmus University ziet desondanks nog steeds grote verschillen tussen bedrijven. Vooral als een bank aandeelhouder is.
Banken blijken een voorname rol te spelen in de verschillen. ‘Bedrijven rapporteren minder transparant wanneer banken een aandeel hebben in het bedrijf. Bedrijven die beschermingspreferente aandelen toepassen om zichzelf te beschermen tegen vijandige overnames, zijn daarentegen juist transparanter in hun verslaglegging,’ aldus Henry van Beusichem. ‘Wanneer een bank aandelen in een bedrijf bezit, kan de bank tegelijk ook de huisbankier van dat bedrijf zijn. Dat maakt de bank tot een aandeelhouder met toegang tot waardevolle informatie. Het bedrijf staat als gevolg daarvan minder onder druk om in externe verslaglegging veel openbaar te maken.’
Beschermingspreferente aandelen? Veel transparantie
Aan transparantie overigens geen gebrek bij bedrijven die beschermingspreferente aandelen toepassen om zichzelf tegen vijandige overnames te beschermen. Zij zijn transparanter over hun accountinggrondslagen, corporate governance en strategie. Van Beusichem zegt dat een dergelijke beschermingsconstructie namelijk nadelig is voor gewone aandeelhouders. ‘Om de machtsverhoudingen binnen het ondernemingsbestuur te herstellen, kunnen deze reguliere aandeelhouders een bedrijf dwingen opener te zijn over de financiële situatie en resultaten.’
Van Beusichem analyseerde jaarverslagen uit de periode 1997-2007 van bedrijven uit niet-financiële sectoren die genoteerd staan aan de Europese aandelenbeurs Euronext. Hij vergeleek gegevens van voor en na de introductie van de IFRS in 2005.