
De aarde raakt uitgeput. Dat is de conclusie van een VN-rapport dat in juni is gepubliceerd. Dit geldt zowel voor de productie van voedsel en voor grondstoffen. Zo kost het produceren van ‘één spijkerbroek maar liefst 8.000 liter water. Kledingproductie brengt voor landen waar dit op grote schaal gebeurt veel duurzame vraagstukken met zich mee.
Zo wordt veel water verbruikt en tijdens het verven van textiel komen chemische verfresten vaak in waterbronnen terecht. Dit bedreigt het lokale milieu. Bovendien doen werknemers in kledingfabrieken vaak onder slechte omstandigheden hun werk en is kinderarbeid nog steeds een probleem. Daar moet iets aan gebeuren.
Nieuwe initiatieven in de branche
Ik word blij als ik lees dat Adidas klaar is met het opschalen van het produceren van sportschoenen en kleding vervaardigd uit plastic afval uit de oceaan en oude visnetten. Geleidelijk gaat zij dit vanaf 2016 integreren in haar productie. Ook G-Star heeft een kledinglijn, RAW for the Oceans, die plastic uit de oceanen verwerkt en continue werkt aan duurzame innovatie. De Nederlandse startup SWOP box, finalist bij de Beste Retail Innovatie Prijs 2016, heeft een eenvoudig in een winkel te installeren box ontwikkeld. De SWOP box is geïnspireerd door en vergelijkbaar met de flessenmachine in de supermarkt. In de SWOP box kun je oude kleding en schoenen inruilen. Een ingebouwde computer bepaalt de recyclingwaarde. Hiervoor krijgt de klant een vergoeding die hij kan inwisselen bij de volgende aankoop of kan schenken aan een goed doel. Een mooi initiatief dat duurzaamheid eenvoudig en dichtbij de winkelvloer brengt. En de klant wordt beloond voor haar actie.
Kledingconvenant
Naast individuele initiatieven is een structurele verbetering in de keten noodzakelijk. De kledingsector heeft een slecht imago als het gaat om duurzaamheid. En daar wil de branche nu structureel wat aan gaan doen. Op 4 juli ondertekenen meer dan 35 producenten en kledingketens het convenant Dit is opgesteld door een brede coalitie van brancheorganisaties, vakbonden, maatschappelijke organisaties en de overheid. Het heeft tot doel de arbeidsomstandigheden, de milieueffecten en het dierenwelzijn te verbeteren in landen waar Nederlandse bedrijven kleding en textiel laten maken. Met als uitdaging dat de deelnemers over vijf jaar minimaal 80 procent van de omzet op de Nederlandse markt vertegenwoordigen. Nederland loopt hiermee voorop om de keten structureel te verbeteren. Europa moet op termijn volgen.
Dit artikel verscheen eerder op ABN AMRO Insights. Lees hier verder.