
Kabinet en parlement hebben te weinig zicht op de gevolgen van het bezuinigingsbeleid van de afgelopen jaren. Minister Jeroen Dijsselboem loopt echter niet warm voor het advies van de Algemene Rekenkamer om meer onderzoek te doen.
Volgens de Algemene Rekenkamer blijft het vaak onduidelijk wat de financiële opbrengst en de maatschappelijke en economische gevolgen van het kabinetsbeleid zijn geweest. Dat stelt de Algemene Rekenkamer in een deze maandag gepubliceerd rapport over de financiële maatregelen die sinds 2011 zijn genomen om de overheidsfinanciën te verbeteren. Vanaf 2011 zijn 512 maatregelen aangekondigd die optelden tot structureel 50,4 miljard euro. Het kabinet is er in geslaagd om 486 van de 512 maatregelen te implementeren. De beoogde opbrengsten van die geïmplementeerde maatregelen telden op tot structureel 47,4 miljard euro.
Zie ook: Stabiele groei Nederlandse economie
De kabinetten hebben namelijk niet bijgehouden wat de exacte financiële opbrengst van de maatregelen is geweest, wat de maatschappelijke consequenties zijn en wat de gevolgen zijn geweest voor de economie. Minister van Financiën Jeroen Dijsselbloem loopt niet over van enthousiasme. De minister is evenals de Rekenkamer van mening dat beter inzicht in kosten en opbrengsten van bezuinigingen en lastenverzwaringen van belang om te kunnen beoordelen of beleid succesvol is.
Economen zijn verdeeld
In een reactie geeft de Dijsselbloem toe dat de evaluatie van bezuinigingen beter kan, maar concrete toezeggingen voor verbeteringen doet hij niet. ‘Economen zijn verdeeld of en zo ja hoeveel schade het bezuinigingsbeleid op de economische groei in Nederland heeft berokkend. Voor een beter inzicht kan de Tweede Kamer, gezien haar rol bij kabinetsformaties, ook voorbereidingen treffen door maatschappelijke effecten te betrekken bij de doorrekening van het regeerakkoord.’ Dijsselbloem schrijft dat met economische modellen en diverse andere instrumenten effecten van beleid in kaart worden gebracht. Het kabinet evalueert nieuwe maatregelen en maakt gebruik van doorrekeningen van het CPB.