
Michael Pilarczyk, voormalig plaatjesdraaier, geeft tegenwoordig webinars en masterclasses over slagen en mislukken. In het leven van Michael Pilarczyk is niets onmogelijk. Succes is tenslotte een keuze. ‘Je zet voor jezelf bepaalde succesmomentjes en dat begint al heel klein. Als je heel klein bent en je leert niet meer in je broek te plassen, is dat een succesmoment.’
Michael Pilarczyk (45) verdiende bakken met geld, maar raakte alles weer kwijt. Het is alles of niets in het leven van Pilarczyk. Als presentator op TMF en als dj bij Radio 538 was de geboren Pool succesvol. Heel succesvol. Totdat een ‘bankpiemel’ hem adviseerde om met zijn vergaarde fortuin van bijna een miljoen gulden een beleggingshypotheek te nemen. Hebzucht bezorgde hem een schuld van twee miljoen. Maar enkele jaren later stond Michael Pilarczyk alweer vele miljoenen in de plus. En dat was een keuze. De geleerde lessen brengt Pilarczyk nu over op anderen.
Michael, je staat ondertussen bekend als een spirituele goeroe voor professionals. Je zegt dat we op school kennis en letters leren, maar van de kunst van zakelijk succes heeft de gemiddelde docent geen kaas gegeten. Draag jij je steentje bij aan de zoektocht naar succes?
‘Ik geloof dat bijna niemand op zoek is naar succes. Integendeel. Als je het woord succes hardop roept in Nederland, rennen ze hard weg of er komt belachelijk veel weerstand. Succes wordt ook vaak geïnterpreteerd. Op het moment dat je in de zakelijke wereld zit, zijn mensen er meer mee bezig. Bedrijven willen een succes maken van het bedrijf, van de strategie en dat soort dingen. Als je het voor de gemene deler roept, hebben mensen een enorme afkeer voor dat woord.’
Hoe moeten we succes dan zien?
‘Succes is niets anders dan een bepaald doel dat jij voor ogen hebt. Succes wordt vaak gelieerd aan dat je heel goed moet zijn, heel veel geld moet verdienen en je moet de allerbeste zijn, en je moet over anderen heen, ten koste van anderen. Dat is natuurlijk ook zo. Dat is hoe het spel werkt, maar is het dan ineens niet eerlijk? Kennelijk is de een net iets beter dan de rest of heeft hij net iets meer getraind. Dus het is de beloning voor de inzet. Ik snap niet wat daar niet eerlijk aan is.’
Heel cliché, maar je moet het geluk in jezelf vinden?
‘Je zet voor jezelf bepaalde succesmomentjes en dat begint al heel klein. Als je heel klein bent en je leert niet meer in je broek plassen, is dat een succesmoment. Zulke momenten bouwen zelfvertrouwen op. We leven in een maatschappij waar geen zelfvertrouwen het grootste gebrek is bij 90 procent van de bevolking. Dus je hebt succesmomentjes nodig om dat vertrouwen te krijgen. Dat je dingen durft. Doordat het zelfvertrouwen ontbreekt, zijn heel veel mensen bang om dingen te ondernemen. Dan krijg je een heel rare samenleving die gedreven wordt vanuit angst. Dan kun je natuurlijk nooit succesvol worden.’
Daarvoor moet je je losrukken van andermans mening.
‘Wij willen graag voldoen aan hoe die ander ons als beste zou moeten zin. Het probleem is dat het leidt tot enorme chaos in jezelf. Je wilt iedereen tevreden stellen, dat zit in onze aard, en dat maakt je onzeker en ongemakkelijk en vervolgens kun je niet meer performen. Als je puur kijkt naar de zakenwereld en succesvolle ondernemers, zij trekken zich daar helemaal niets van aan. Zij geloven in zichzelf, weten wat ze doen en nemen ook die verantwoordelijkheid.
Ik had een dame, die was onwijs goed als salesconsultant, maar ze vond het alleen niet meer leuk bij het bedrijf. Ze wilde voor zichzelf beginnen. Ze vroeg advies aan een goede vriend. Dat was het allerslechtste idee ooit. Hij kende ook iemand die ooit voor zichzelf was begonnen en was failliet gegaan. Die gozer was de burgerlijkheid zelve. Als jij dan advies gaat vragen aan mensen die er geen verstand van hebben of geen ervaring, wat denk je dan wat voor advies krijgt?’
Als ervaringsdeskundige heb je zelf vele pieken en dalen meegemaakt. Je was miljonair, had een miljoenenschuld en bent inmiddels weer miljonair. Hoe is de financiële gekte bij jou begonnen?
‘Ik had al heel snel door dat geld iets was wat het verschil maakt in maatschappij. Ik begreep al heel snel dat sommige auto’s meer geld kosten dan andere auto’s. Mijn oom reed in een waanzinnig mooie Daimler en hij woonde in een heel groot landhuis met een zwembad en wij hadden een Lada en een rijtjeshuis. De tegenstelling tussen die twee was enorm. Je moest blijkbaar wel iets doen om zoveel geld te verdienen. Toen heb ik me voorgenomen om miljonair te worden. Dat vond ik een heel mooi uitgangspunt. Die gedachte heeft altijd wel in mijn achterhoofd gezeten.
Je had de touwtjes niet langer in handen, ook financieel gezien. Hoe voelde dat?
‘Ongemakkelijk. Eigenlijk komt dan pas het realiteitsbesef dat je volledig machteloos bent. Je totale vrijheid is van je afgenomen. Het geld biedt me de vrijheid om te doen wat ik wil. Ik heb meegemaakt dat ik niet eens kon pinnen omdat er beslag was gelegd op al mijn rekeningen, al mijn huizen, alles. Ik kon feitelijk niet eens mijn eigen huis in. Op het moment dat alles van je wordt afgenomen, dan verandert je wereld wel, hoor. Dan gaan je ogen open en ontstaat er een soort vechtlust. Ik kon niet meer kon kiezen in welke supermarkt ik boodschappen ging doen, maar ik moest naar de allergoedkoopste supermarkt om de allergoedkoopste spullen te halen… Dat is wel een dieptepunt, hoor. Dat nooit meer.’
Heb je nu ook een hekel aan geld?
‘Nooit. Dat zou heel dom zijn. Mensen die een aversie tegen geld hebben, hebben het ook niet. Zij hebben vaak financiële problemen. De associatie met geld doet zoveel pijn omdat ze geconditioneerd opgegroeid zijn, ouders hebben geroepen dat geld voor slechte mensen is. Voor bazen die hun personeel uitmelken. Heel negatieve associaties. Of ik heb het niet, het doet zoveel pijn dat ik het zo ver mogelijk van me af wil houden. Daardoor creëer je associatie dat slecht is.’
Financieel succes is niet zo moeilijk?
‘Het is een keuze die je maakt. Het is niet dat 10 miljoen euro verdienen, 10 keer zoveel tijd kost. Denk je dat Bill Gates’ IQ 1.000 keer zo hoog is? Het ligt niet aan de hersenen of het IQ. Het is creativiteit, vindingrijkheid, lef, moed. Niets aantrekken van wat anderen vinden. Je moet weten wat je wilt, goede mensen om je heen verzamelen, een strategisch plan hebben. Vervolgens werk je ook 100 uur. Je redt het niet met 32 uur per week.’
Zekerheid is een illusie?
‘Er zijn 1.500 mensen ontslagen bij ABN AMRO, wat is dat dan voor zekerheid? Dan kun je beter de wereld in eigen handen nemen. Het gaat niet alleen maar om heel veel geld verdienen, dat wil ook niet iedereen. Dat zou ook niet moeten, want dat is niet voor iedereen weggelegd.
Kun je zo’n beslissing begrijpen?
‘Als er weer een paar duizend op straat zijn gezet, vraag ik me af wat de achterliggende gedachte van zo’n beslissing is. Ik ga niet iemand de schuld geven, maar iemand neemt de beslissing om het leven van 1.500 mensen heel erg moeilijk te maken. Als blijkt dat die 1.500 altijd ziek, zwak en misselijk waren, kan ik me voorstellen dat het volkomen terecht is. Maar met dit soort aantallen is het natuurlijk een heel andere redenatie. Als dat soort dwazen in deze maatschappij dit soort bedrijven mogen aansturen, dan moet iemand heel erg gaan nadenken. Waarschijnlijk gaan ze zo door totdat er niemand meer werkt. Het is een heel duidelijk gegeven dat er veel meer speelt dan mensen aan de oppervlakte zien.’
ABN AMRO staat voor een flinke transformatie. Zoals je zegt, vallen er ontslagen, de nieuwe CEO wordt als tussenpaus gezien. Niets voor jou om de bank eens flink onder handen te nemen?
‘Ik denk dat een bedrijf als ABN AMRO in 2025 niet meer bestaat. Grootbanken, zoals nu, bestaan dan zeker niet meer. Het zijn dieven en plunderaars, ze stelen van hun klanten, leveren totaal geen service, maar verwachten wel dat je klant van ze wordt. Ik vind het het meest krankzinnige beleid wat je je kunt voorstellen. Als je met heel veel geld aankomt, zijn ze heel aardig voor je. Dan krijg je heel veel aandacht, maar na verloop van tijd laten ze je keihard doodvallen. Het gaat allemaal zo log, traag en langzaam. Op het moment dat je dienstverlening zo’n dramatisch peil bereikt, wat denk je dan dat je klant nog voor je gaat doen. Je gaat naar heel andere concepten in de financiële wereld, die een aantal kids zich waarschijnlijk al kunnen voorstellen, maar alle CEO’s en CFO’s van 45+ gaan het nooit geloven. Totdat de realiteit op een dag voor de deur staat. De hele wereld verandert met de Ubers, Airbnb’s en al dat soort nieuwe concepten. Dan moet je toch volkomen dwaas zijn als je denkt dat de financiële wereld het vol gaat houden? Dat is onmogelijk. Het is een kwestie van tijd.’
Dan spreekt men van disruptie. Wederom een negatieve associatie.
‘De corporate wereld gelooft dat het nog even duurt en dat het weer wordt zoals het was. Dan gaan we weer verder op dezelfde manier en waar we een beetje moeten bijsturen, doen we dat. Ze mogen niks door de regelgeving, maar blijkbaar willen ze ook niks. Ze doen namelijk niks. Dan gooi je je eigen systeem toch uit, dan komt er iemand anders met een goed plan. Net als bij internet zullen er een hele hoop omvallen, maar uiteindelijk staan er twee op die straks de hele economie overnemen. Daar hoef je geen professor voor te zijn. De vraag is alleen wie dat gaat doen en op welke manier.’
Het establishment moet dus vrezen?
‘We kunnen het ons nog niet voorstellen, maar een of twee wereldmunten gaan een hoop ellende voorkomen. Er zijn een paar grootmachten die allerlei valuta’s in stand willen houden, maar ik denk dat dat geen 50 jaar meer duurt. Bitcoin is nog niet heel erg zichtbaar en uiteindelijk ook niet het eindresultaat, maar er komt een andere betaalwijze. Op wat voor manier dan ook.’
Wat zou je een CFO kunnen verwijten? Je hebt eens gezegd dat mensen in de top hun hart niet volgen.
‘Ik denk dat heel veel mensen op de topniveaus niet hun hart volgen, nee. Dat is hoe de systemen zijn ontstaan. Ik denk dat je dat niemand kwalijk kunt nemen.’
Rendement blijft de missie?
‘In de boards bij grote bedrijven werken mensen die misschien heel slim zijn en daarvoor gestudeerd hebben, maar feitelijk maakt het ze niet uit of ze boter of tandpasta verkopen. Het is systeemmanagement om zo efficiënt zoveel mogelijk financieel resultaat te behalen. Die vorm van bedrijven is eindig. De nieuwe generaties accepteren het niet meer. Op een gegeven ontstaat er een kritieke massa en komt er een revolutie. Dan houdt het op te bestaan. Het is een gebrek aan inzicht en aan de andere kant de enorme conditionering van ‘Ik weet echt wel wat ik aan het doen ben’. Het is een soort starheid, beperkt denken. Daardoor gaat het fout.’
Startups zijn wél open-minded.
‘Daarom zullen zij het ook uiteindelijk winnen. Je hebt jonge gasten met een nieuw bewustzijn. Je ziet ook in deze bedrijven dat er een heel andere hiërarchie is. Je ziet geen structuur met allerlei tussenlagen. Iedereen heeft veel meer eigen verantwoordelijkheid en doet het met elkaar. Daardoor heb je niet eigen legertjes binnen zo’n corporatie die tegen elkaar aan het vechten zijn en hun eigen vestinkje verdedigen. Die gasten zijn bezig met hun business, groei en vooruitkomen, in plaats van hoe zichzelf in stand te houden. Als je dat uittekent in een grafiek, zie je dat de een langzaam naar beneden gaat en de ander als een raket omhoog. Er zit zoveel positieve energie bij die startups.’
Kan de gevestigde orde nog wel veranderen?
‘Daar geldt de oude regel dat een startup een speedboat is en de grote bedrijven een olietanker. Zij hebben 15 kilometer nodig om hun koers te verleggen en die speedboat trekt aan stuur en 2 seconden later gaat-ie een totaal andere kant op. Die systemen hebben zich zo verankerd en klemgezet, ze kunnen het niet meer veranderen. Zelfs niet met de beste wil van de wereld. Ze moeten opnieuw beginnen. Er gebeurt niks door aan boardtafels te zitten met 30 man en na een dag te zeggen: we nemen een beslissing, wat is de volgende vergadering. Kom eens in actie, doe eens wat. Je moet in beweging komen om met resultaat te komen.’
Met andere woorden: financieel bestuurder, kom eens met uw luie kont achter uw bureau vandaan?
‘Laat de CFO nou eens een dag per week niet achter zijn eigen bureau zitten, niet in allerlei boardmeetings zitten, maar een dag per week door het bedrijf lopen. Een dag. Daar verdient hij meer mee dan de vier dagen dat hij op zijn eigen kantoor zit. Dan ziet hij wat er gebeurt, voelt wat er gebeurt en maakt verbinding met zijn mensen. Dan krijg je veel meer inzicht in je eigen bedrijf. Niemand doet dat. Het management runt het bedrijf als Excel-sheets. Ze hebben geen idee wat er gebeurt. Ga gewoon maar eens een dag op de receptie zitten. Doe eens gek, voel wat er leeft.’