
Doormodderen, deglobaliseren of de Vierde Industriële Revolutie. De Nederlandse economie doet het relatief goed, maar wereldschokkende gebeurtenissen als de verkiezing van Donald Trump kunnen de economische ontwikkelingen verschillende kanten op sleuren.
De winst van Donald Trump, het Brexit-referendum en de Waalse weerstand tegen het CETA-verdrag hebben een enorme impact op de Nederlandse economie.
Zie ook: ‘Protectionisme van Trump geeft Nederlandse economie een flinke tik’
De economen van de Rabobank kijken naar de periode 2018-2013 en voorzien 3 scenario’s op de economische ontwikkelingen voor de komende tijd.
Deglobaliseren
Het Brexit-referendum, Donald Trumps overwinning en het CETA-verdrag hebben hun weerslag op de globalisering, met duidelijke economische verliezers. Hoofdeconoom Hans Stegeman: ‘De wereldhandel valt sterk terug, waardoor de economische groei in ons land jaarlijks slechts 0,3 procent bedraagt. De bandbreedte van de scenario’s lijkt fors, maar de beperkte economische groei in het scenario deglobalisering is nog altijd hoger dan het gemiddelde in Nederland in de periode sinds de grote financiële crisis.’
De Vierde Industriële Revolutie
Disruptieve technologieën raken alle landen en alle industrieën. De aanbodzijde van de economie, en dan met name technologische vooruitgang, de komende tijd in een stroomversnelling komt. Is alleen Nederland in staat grote technologische vooruitgang te boeken en de TFP groei te verhogen, dan leidt dit niet direct tot een veel hogere BBP-groei. De open aard van de economie heeft hier alles mee te maken. Stegeman: ‘Een technologische schok enkel in Nederland leidt weliswaar tot hogere investerings- en consumptiegroei, maar een groot deel van het effect hiervan op de groei lekt door importen weg naar het buitenland. Ook neemt de export nauwelijks toe door zo’n impuls omdat er geen additionele vraag vanuit het buitenland is.’
Voortmodderende economie
Nieuwe opspelende problemen worden steeds met kunst- en vliegwerk en halve maatregelen aangepakt, waardoor gerichte oplossingen uitblijven. De Rabobank stelt dat ‘spanningen en halve oplossingen’ op de financiële markten voor veel volatiliteit zorgen. ‘Deze situatie is op langere termijn niet houdbaar, maar kan de komende jaren nog best aanhouden.’ In de ogen van de bank treedt de Nederlandse overheid treedt niet daadkrachtig op. In dit scenario zal de gemiddelde groei in deze periode op 1,4 procent liggen.
Juist het voortmodderen ligt op de loer. ‘Het zou daarom heel verstandig zijn om de structurele weeffouten in de Nederlandse economie –pensioenen, arbeidsmarkt, zorg, woningmarkt– verder aan te passen en klaar te maken voor welk scenario dan ook. Want de kleine haarscheurtjes van nu kunnen bij zwaarder economisch weer leiden tot grote scheuren en het ineenstorten van het bouwwerk. En haarscheurtjes repareren is dan toch een stuk efficiënter.’