
Goed personeel is het fundament onder je bouwbedrijf. De arbeidsmarkt in de bouw is echter al lange tijd een zorgenkindje. Sinds we niet meer ons hele leven bij dezelfde werkgever werken en flexibiliteit haar intrede heeft gedaan zit de bouwondernemer met veel vragen. Heb ik te veel werknemers in vaste dienst? Kan mijn bedrijf wel reageren op veranderingen? Is mijn flexibele schil eigenlijk niet veel te groot?
Kunnen mijn werknemers nog een toekomst in de sector opbouwen? Willen jongeren nog wel in de sector werken? Wordt de bouw overspoeld door buitenlandse werknemers en waarom zijn er eigenlijk zo veel zzp’ers in de bouw actief? Het is niet gek dat er veel vragen zijn over de arbeidsmarkt. De bouw is een conjunctuurgevoelige sector met grote schommelingen in projecten en opdrachten van bouwbedrijven tot gevolg. Dat heeft consequenties voor de reserves en de uitgaven van bouwbedrijven. Arbeid is een grote kostenpost en het kan dus niet anders dan dat de arbeidsmarkt met deze schommelingen moet meebewegen.
Het neerwaartse effect hebben we in de crisis gezien. De arbeidsmarkt in de bouw kreeg van alle sectoren de hardste klappen. Dat maken deze cijfers wel duidelijk: 116.000 banen minder in de bouw sinds de top in het derde kwartaal van 2008. Het aantal vaste banen nam met bijna 16 procent af en ook het aantal vacatures zakte ver weg. Op het toppunt in het eerste kwartaal van 2008 stonden 21.600 vacatures open, in het tweede kwartaal van 2016 waren dit er slechts 6.800. Het aantal vervulde vacatures ligt ook nog ver onder het niveau van 2008.
Industrialisering en digitalisering
Gelukkige herstelde de economie en groeit de bouwsector op dit moment hard. Dat komt uiteindelijk ook ten gunste van de arbeidsmarkt in de bouw, maar er is meer aan de hand. In alle markten zijn in het afgelopen decennium andere verdienmodellen ontstaan en nieuwe partijen toegetreden. De bouw staat eveneens aan de vooravond van grote veranderingen die van invloed zijn op de arbeidsmarkt. Neem de industrialisering in de bouw, waardoor steeds meer werkzaamheden geautomatiseerd in fabrieken plaatsvinden in plaats van door vakmensen op de bouwplaats. Ook digitalisering gaat een grotere rol spelen in het bouwproces en op de arbeidsmarkt. Het bekendste voorbeeld dat het meest doorontwikkeld is, is BIM. Maar digitalisering gaat verder. De bouw zal niet om het Internet of Things, drones en 3D-printen heen kunnen. Dat vergt nieuwe mensen, met andere opleidingen. Ook wordt verduurzaming steeds belangrijker. Minder nieuwbouw, meer duurzame renovatie en transformatie. Een enorme opgave.
De gevolgen van vergrijzing
Wat en hoe we bouwen verandert en dat geldt ook voor de werknemers in de bouw. De bouw vergrijst in snel tempo. De gemiddelde leeftijd van de werknemers stijgt sneller dan van alle Nederlandse werknemers. De productiviteit daalt nog verder. Wat heeft dit voor gevolgen voor de werknemers in de bouw? Er zullen andere functies ontstaan en andere competenties worden belangrijk. Werknemers moeten beter samenwerken, zich flexibeler opstellen en met complexe installaties en (IT-) processen kunnen omgaan. Ook neemt het belang van sociale en communicatieve vaardigheden toe.
Bouwvakkers kunnen zich niet meer verschuilen in de bouwkeet, maar moeten actief het gesprek met de klant kunnen aangaan. Iets wat eigenlijk al veel langer vanzelfsprekend zou moeten zijn. Want we kennen allemaal de persoonlijke verhalen over verbouwingen die niet op tijd klaar zijn of mislopen door gebrek aan communicatie. Dat kan veel beter. Hopelijk spreken deze nieuwe competenties de nieuwe generatie werknemers aan die de bouw zo hard nodig heeft.
Binnenkort meer over de veranderde arbeidsmarkt in de bouw in een nieuw rapport van ABN AMRO