
Bestuursvoorzitters van Nederlandse beursgenoteerde bedrijven behoren met hun salaris tot de Europese middenmoot. Als de inkomens aan de hand van de beurswaarde van de ondernemingen worden vergeleken, blijkt de Nederlandse CEO in de hoogste categorie – bedrijven met een beurskapitalisatie tussen 10 en 50 miljard – nog net geen hekkensluiter. De prestaties spelen daarbij opvallend genoeg nauwelijks een rol.
Dat blijkt uit het jaarlijkse beloningsonderzoek van Vlerick Business School onder 701 beursgenoteerde ondernemingen in Nederland, België, Frankrijk, Duitsland, het Verenigd Koninkrijk en Zweden. De hoogste baas van een Amsterdams AEX-fonds streek dit jaar gemiddeld bijna 3 miljoen euro op. Zijn Britse collega kon in totaal op ruim 4,4 miljoen euro rekenen.
Zie ook: ‘Bonussen CEO en CFO PostNL ruïneerden overname door Bpost’
Er zijn aanzienlijke verschillen in beloning (vast salaris, korte en lange termijnbonussen) tussen de zes landen. Zo verdiende de CEO van een Nederlands AMX-fonds in 2016 met 1.105.000 euro bijna de helft minder dan zijn Duitse (2.075.000) of Franse collega (1.965.000) bij vergelijkbare indexen. Dezelfde verschillen zien we bij de grote beursgenoteerde ondernemingen.
‘Geld is niet de primaire drijfveer’
In het onderzoek is ook gekeken in hoeverre prestaties van de onderneming van invloed zijn op de beloning. Dat blijkt opmerkelijk genoeg niet het geval. Sterker: goed presterende ondernemingen betalen hun CEO net zoveel en soms zelfs minder dan bedrijven die niet zo goed presteren. Onderzoeksleider Xavier Baeten: ‘Het feit dat bedrijven die beter presteren niet per se beter betalen, is positief en geruststellend. Daaruit blijkt dat de beloningsvoorwaarden voor de CEO niet de primaire drijfveer is. Op basis van dit huidige onderzoek kun je zeggen dat dit ook voor ondernemingen geldt.’