
De financiële markten stonden het afgelopen jaar hoofdzakelijk onder invloed van drie dominante ontwikkelingen: beleid van centrale banken, onzekerheid over de economische vooruitzichten en het verloop van de olieprijs en politieke gebeurtenissen in de vorm van verkiezingen en referenda. Ben Steinebach, hoofd beleggingsstrategie ABN AMRO, blikt terug en ook vooruit.
Beleid centrale banken
Na een eerste renteverhoging in 9,5 jaar in december 2015, is de Amerikaanse Federal Reserve het hele jaar terughoudend geweest met verdere verhogingen. Onrust op de internationale financiële markten in het begin van het jaar en geopolitieke onzekerheid in de rest van het jaar waren daarvoor de belangrijkste redenen. In december vond een tweede verhoging plaats. De Europese Centrale Bank (ECB) ging door met het expansieve beleid. Het universum aan te kopen obligaties werd uitgebreid, het maandelijkse bedrag werd verhoogd tot 80 miljard euro en de rentetarieven gingen nog wat verder omlaag. In december werd besloten om het opkoopprogramma te verlengen tot eind 2017, maar vanaf maart gaat het maandelijkse bedrag terug naar 60 miljard euro.
Economische vooruitzichten
Nadat in het begin van het jaar twijfel ontstond over de kracht van de Chinese economie, breidde de twijfel zich al snel uit naar andere delen van de wereldeconomie, waaronder de Amerikaanse. De verdergaande daling van de olieprijs in januari (tot onder 28 dollar per vat) werd aanvankelijk als positief voor de koopkracht beschouwd. Al snel bleek echter dat de wereldeconomie wel degelijk werd geraakt, via negatieve effecten op de olie- en aan de olie gerelateerde sectoren. Uiteindelijk kan voor heel 2016 worden geconcludeerd dat de wereldeconomie zich bevredigend heeft ontwikkeld en in de tweede helft zelfs is verbeterd. De groei van de bedrijfswinsten is overigens wel erg gematigd gebleven.
Politieke gebeurtenissen
Politieke gebeurtenissen hebben het afgelopen jaar een deken van onzekerheden over de financiële markten gelegd. Een breed gevoel van onbehagen bij grote groepen in de westerse samenlevingen vergrootte de angst voor een sterk groeiende aanhang van populistische partijen. Dit was voor het eerst te zien in een – slechts raadgevend – referendum in Nederland over het associatieverdrag van de Europese Unie met Oekraïne. Het Britse referendum leidde vervolgens tegen de verwachting in tot een daadwerkelijke Brexit. In de Verenigde Staten werd Donald Trump tot president gekozen en in Italië moest premier Matteo Renzi het veld ruimen nadat hij het referendum verloor over zijn staatkundige hervormingen.
In de aanloop naar deze volksraadplegingen was er op de financiële markten veelal sprake van risico-aversie, leidend tot dalende aandelenkoersen en ook een daling van de kapitaalmarktrente. Erna – toen de onzekerheid was verdwenen – gingen beleggers over tot de orde van de dag en volgde een omgekeerde ontwikkeling.
Effecten op de financiële markten
Pas nadat Donald Trump was gekozen en beleggers zich realiseerden dat zijn beleid wel eens groei- en inflatie bevorderend zou kunnen zijn, ging de kapitaalmarktrente echt een stuk omhoog en wisten ook de aandelenbeurzen nieuwe records te boeken.
De Amerikaanse tienjaarsrente liep na 8 november met 0,7 procentpunt op tot 2,5 procent. In Europa en Japan bleef de stijging per saldo beperkter tot circa 0,1 procentpunt, maar in Japan en Duitsland verdwenen wel de negatieve rendementen van de schermen. Het toegenomen renteverschil leidde in de laatste maanden tot sterke druk op de euro tegenover de dollar. Ondanks de sterke Amerikaanse rentestijging boekten de belangrijkste Amerikaanse aandelenindices nieuwe ‘all time’ records, terwijl in Europa op de meeste beurzen standen werden bereikt die dit jaar nog niet eerder waren gezien.
Aan de start van 2017 staan we er beter voor
Begin 2017 ziet de wereld er beleggingstechnisch beter uit dan aan het begin van 2016. Toch zijn veel beleggingsthema’s uit de tweede helft van 2016 ook aan het begin van het nieuwe jaar nog steeds actueel.
De wereldeconomie is sinds de zomer aan de beterende hand. Dit is vooral gedreven door een verbetering in de Verenigde Staten. Wij verwachten dat de wereldeconomie in 2017 met zo’n 3,4 procent zal groeien. Het producentenvertrouwen van de verwerkende industrie, dat een goede indicator is voor economische groei, zien we ook de laatste maanden over een breed front verbeteren. Hoewel de niveaus nog altijd niet wijzen op heel sterke groei, duiden ze wel op groei. Tevens is de verwachting dat de nieuwe Amerikaanse president Trump met een stimuleringsbeleid zal komen, wat de economie een extra impuls zal geven.
Ondanks deze positieve ontwikkelingen zijn er ook risico’s. Verkiezingen in enkele Europese landen, zoals Nederland, Duitsland en Frankrijk, kunnen voor een verdere verschuiving naar populistisch rechts leiden. Dit kan Europese hervormingen in de weg staan en leiden tot meer protectionisme. Uiteindelijk is ook de vraag in hoeverre president Trump protectionistisch zal optreden.
Daarnaast zal het centrale-bankbeleid verder gaan divergeren. Waar de centrale banken van Europa en Japan nog zullen blijven stimuleren, is de verwachting dat de Amerikaanse centrale bank (Fed) de rente verder zal verhogen. De snelheid en het aantal verhogingen zullen het marktsentiment beïnvloeden. Op dit moment prijst de markt twee verhogingen in voor 2017.