Veel beursgenoteerde bedrijven staren zich bij het bonusbeleid blind op bijvoorbeeld winst en omzet. De Vereniging van Effectenbezitters (VEB) ziet kortzichtigheid regeren. ‘Het zijn factoren die gemakkelijk te masseren zijn, weinig zeggen over de prestaties van bestuurders en verkeerd gedrag kunnen uitlokken.’
De VEB verwacht dat ook in 2017 de bonussen van bestuurders de aandacht zullen trekken. ‘Regelmatig zal die aandacht resulteren in kritiek en een inventarisatie van de VEB laat zien dat de ondernemingen zelf daar behoorlijk debet aan zijn.’ Ondernemingen hanteren tussen de drie en vijf criteria om de toekenning en hoogte van de bonus van bestuurders te bepalen. De meest gebruikte maatstaaf blijkt de omzet van het bedrijf. Voor 25 topmannen betekent meer omzet meer inkomen, waaronder de CEO’s van Ahold, DSM, Heineken, Philips, Randstad en RELX.
Zie ook: NCD-directeur laakt kritiek topinkomens: ‘Hoe hypocriet en onprofessioneel wil je het hebben’
Met name de populariteit van omzet in bonusbetaling noemt de VEB opmerkelijk. ‘Het kan de blik bij bestuurders vertroebelen. Extra omzet zegt niets over de kwaliteit van die omzet en dus de rentabiliteit. Criteria die een indicatie geven van echte toegevoegde waarde voor een bedrijf, zoals vrije kasstroom en rendement op geïnvesteerd kapitaal, zijn slechts beperkt populair in het beloningsbeleid.’
Ebitda
Een andere veelgebruikte maatstaf voor de kortetermijnbonus is de winst in allerhande gedaanten. Maar liefst vijftien bedrijven gebruiken het veel bekritiseerde bedrijfsresultaat (ebitda) als maatstaf voor de kortetermijnbeloning.
