
De bescherming voor Nederlandse bedrijven tegen buitenlandse overnames begint existentiële vormen aan te nemen. Henk Kamp wil hoogstwaarschijnlijk als laatste kunstje op het ministerie van Economische Zaken beschermingsconstructies door de strot van het Nederlandse bedrijfsleven duwen. Het is echter de vraag of het hier een daad van chauvinisme betreft en scenario’s à la AkzoNobel voorkomen kunnen worden met beschermingsconstructies.
Demissionair minister Henk Kamp (EZ) wil binnen een maand meer duidelijkheid eventuele beschermingsconstructies voor Nederlandse bedrijven tegen buitenlandse overnames. De stappen zouden zich kunnen richten op alle bedrijven, maar ook uitsluitend op ondernemingen waarbij de nationale veiligheid in het geding kan zijn. De regering denkt na over een afkoelingsperiode van zes maanden of drie jaar.
Zie ook: De beloofde beschermingswet: schot voor de boeg?
Een gedegen bescherming kan een bedrijf veel leed besparen, volgens Jan Louis Burggraaf. Als een lijfwacht week M&A-advocaat Burggraaf in 2007 niet van de zijde van ABN AMRO’s concerntop tijdens de strijd om de grootste Nederlandse bank. Met Rijkman Groenink ging Burggraaf door diepe dalen. Van een nederlaag bij de ondernemingskamer tot een overwinning bij de Hoge Raad. En vooral: een publieke opinie die zich tegen de topman keerde. ‘Dat proces beschreven in De Prooi van journalist Jeroen Smit kende louter verliezers. Normaal verkoop je een bedrijf aan een bieder die er blij mee is en heb je twee winnaars. Uit dat proces heb ik geleerd dat we te makkelijk juridische beschermingsconstructies om vijandige overnames tegen te gaan uit handen hebben gegeven. Het was toen in om de vermeende Dutch discount op te lossen.’
‘Afschaffen zou goed zijn voor de beurskoers,’ vervolgt Burggraaf. ‘Dat is dom geweest. ABN AMRO werd daardoor een sitting duck. Klaar om aangeschoten te worden. Dat soort effecten keer je ten dele door een goede bedrijfsstrategie. Dat zorgt immers an sich voor een hoge koers. Dat is dus het begin. Daarnaast ben ik voorstander van het belonen van langetermijnaandeelhouders. In de stemverhoudingen. In loyaliteitsdividend. Dat de commissie Van Manen in zijn corporate governance code hamert op het langetermijnbelang, vind ik dan ook alleen maar goed. In de Verenigde Staten wordt de code al genoemd als voorbeeld. Zo moet het.’
Prijskaartje voor bescherming
Hoogleraar economie Sweder van Wijnbergen (UVA) waarschuwt voor beschermingsconstructies. Aan extra barrières ter bescherming van grote Nederlandse bedrijven als Unilever tegen overnames door buitenlandse partijen, hangt een prijskaartje. Van Wijnbergen vindt daarnaast een directe stem van de overheid in dit soort zaken onwenselijk. ‘Den Haag laat zich hier te veel leiden door populisme. Het is helemaal niet zo erg als KPN in buitenlandse handen zou komen. Het netwerk van het bedrijf ligt er dan toch nog steeds. Dat gaat niet verloren.’
KPN-topman Eelco Blok wil juist ‘proportionele en duidelijke’ beschermingswallen voor Nederlandse bedrijven tegen buitenlandse overnames. ‘De huidige beschermingsconstructies zijn volgens mij voldoende voor Nederlandse bedrijven,’ zei Blok in een toelichting op de kwartaalcijfers van KPN. ‘Maar ik kan me voorstellen dat er extra zaken nodig zijn als de nationale veiligheid in het geding is. Maar die moeten dan vooraf wel duidelijk zijn, zodat je weet waar je aan toe bent.’
Ongenuanceerd
Eumedion, de belangenvereniging van institutionele beleggers zoals pensioenfondsen en verzekeraars, is geen fan van de beschermingsplannen. De vereniging is kritisch over plannen voor extra bescherming van Nederlandse beursgenoteerde bedrijven tegen vijandige overnames. Volgens Eumedion zijn die voorstellen ongenuanceerd en onnodig en staan ze op gespannen voet met Europese regelgeving.