
Hanneke Loefs-Mos zat vast in een stramien van rapportages, jaarcijfers, budgetten. Als financieel directeur van InteSpring heeft zij haar vrijheid teruggevonden. ‘Als financial ben je een schaap met vijf poten, maar je moet een schaap met tien poten zijn om het extra leuk te maken.’
Hanneke Loefs-Mos is Chief Financial Officer van InteSpring Group, een groep bedrijven waarin uiteenlopende technische oplossingen voor (alledaagse) problemen worden ontwikkeld en verkocht. Het rugondersteunende exoskelet de Laevo is hier een recent voorbeeld van. De eerste voetstappen in haar financiële bestaan zette de CFO echter op Schiphol. ‘Een leerzame tijd, maar ik vond de functie van controller veel te saai. Ik zat vast in een stramien van rapportages, jaarcijfers, budgetten. De agenda stond al voor de komende tien jaar vast. Dat was niet het beeld dat ik bij een financiële functie had, het paste niet bij mij. Ik ben eruit gestapt om projectmanager te worden, maar daarin ik miste wel weer de financiële vraagstukken. De registercontroller-opleiding vond ik ontzettend leuk, omdat je daar echt nadacht over het hoe en waarom je dingen doet. Om dat gevoel in een baan terug te vinden werd het me duidelijk dat ik een positie op beslissingsniveau moest zoeken.’
Zie ook: Interview Frank Hoevenaars (CFO RET): ‘We zitten op de wip’
‘Ik was nog jong en moeder van jonge kinderen. Een financiële functie bij een startup leek me daarom wel wat. Ik moest gewoon het allerhoogste behalen binnen een bedrijf. Ik was nog jong, dus ik zou niet het allergrootste bedrijf te pakken krijgen. Ik heb mijn netwerk aangeboord en uiteindelijk bleek InteSpring een perfecte match. Ik heb van te voren uitgesproken dat ik verwachtte na een jaar te zullen vertrekken, zodra de financiële functie zou zijn ingericht en de voorspelbaarheid zijn intrede zou doen. Binnenkort vier ik tegen de verwachting in mijn 5-jarig jubileum. De voorspelbaarheid heeft zich nog geen moment aangediend.
U vond het werk als controller ronduit saai?
‘Saai is denk ik niet het juiste woord, maar wel voorspelbaar. Het lastige van een groot bedrijf is dat je vast zit in een stramien en de administratieve processen complex zijn. De maandafsluiting bijvoorbeeld is in zo’n omgeving een tijdrovende klus. Als die standaard activiteiten bijna al je tijd opslokken, ben je niet meer bezig met het “waarom”, maar alleen nog maar met “het doen”. Het leuke nadenken over waarom we investeren, waarom we dingen doen, gebeurt een paar lagen daarboven. De CFO van Schiphol deed voor mijn gevoel de leuke dingen met onze cijfers. Tevens zijn de financiële functies bij een groot bedrijf vrij specialistisch en ik ben ik zelf meer een generalist.’
‘Mijn huidige positie had niet breder kunnen zijn. We hebben nog geen legal department of HR-afdeling. Veel dingen zal ik dus zelf moeten oplossen, waar nodig met inwinning van specialistisch advies. Het komt allemaal op mijn bord, want er is geen plek voor een jurist. Ik lever iedere maand de maandcijfers op, maar daar ben ik niet een week mee bezig. Gelukkig niet. Ook binnen Intespring Group, zijn er afhankelijk van de deelneming, maand -of kwartaalcijfers nodig en in sommige gevallen zelfs een wekelijkse update van de kerncijfers. Maar de tijd die daaraan wordt besteed is zeer beperkt en nu ben ik zelf degene die de cijfers bespreekt. Daardoor ben je veel meer met de kern bezig, met de mensen eromheen, met het product. Het is niet een rapportage die je ophoest, het is echt belangrijk.
Het klinkt niet alsof uw Schiphol-tijd de meest enerverende periode in uw leven was.
‘Ik kijk er juist met veel plezier op terug en heb er ontzettend veel geleerd, ook over mezelf. Het is goed om te weten hoe complex processen kunnen worden in een groot bedrijf . Het betalen van een factuur klinkt misschien eenvoudig, maar dat is het niet. Ik weet precies waarom de betaling van een factuur soms zo lang duurt bij grote bedrijven. Dat is niet uit onwil, het is gewoon omdat de processen veel bureaucratischer zijn. Je kunt ook niet anders als groot bedrijf.’
‘De flexibiliteit van een kleiner bedrijf, zeker een groeiend en startend bedrijf waar een bepaalde energie in zit, maakt het voor mij wel ontzettend veel leuker. Hier komt de kern van mijn RC-opleiding tot zijn recht. Iedereen moet ergens onderaan beginnen, maar ik vond dat niet het leukste. Ik had voor mezelf bedacht dat ik niet onderaan de trap naar boven moet lopen, maar ik moet bovenaan de trap staan en de trap steeds groter maken.’
U bent nu CFO van InteSpring. Wat is de grootste tegenstelling ten opzichte van uw werkzaamheden bij Schiphol?
‘De onvoorspelbaarheid, diversiteit en toegevoegde waarde van mijn huidige functie. De verbinding met het product. Ik zit tussen de ontwerpers en de techneuten en ontwikkelingen van de producten zie wekelijks voorbij komen. Ik doe ook graag mee aan de gebruikerstesten. Indirect begrijp ik daardoor de getallen ook veel beter. De problemen zijn ontzettend divers. Ik ben juist niet alleen met getallen bezig, maar met alles wat er nog meer bij komt kijken.
Is prioriteiten stellen geen uitdaging als er zoveel bij komt kijken?
‘Daar ligt juist mijn kracht. Er is feitelijk alleen maar geld om het hoognodige te doen. Perfectie is onmogelijk en wordt ook niet verwacht. Dan gaat prioriteiten stellen als vanzelf, zeker als je daar zelf de beslissingen over kan nemen. Binnen de zeer veranderlijke omgeving van InteSpring Group is flexibiliteit van de systemen erg belangrijk. Voortschrijdend inzicht is aan de orde van de dag. Dat ligt me wel. Pas als bepaalde processen stabiel zijn, kan worden overgegaan tot verdere automatisering. Dat wordt een volgende uitdaging.
Niet iedereen heeft die intrinsieke motivatie.
‘Je moet ook tegen de onzekerheid kunnen. We hebben binnen InteSpring Group al heel wat spannende momenten meegemaakt. Naar mijn idee wil de nieuwe generatie werknemers veel meer naar een bepaalde zingeving in het werk. Ze willen het gevoel hebben met iets nuttigs bezig te zijn. Tevens vinden mensen het leuk om invloed te hebben op het eindresultaat. De nieuwe generatie werknemers wil een soort zin geven. Ze zoeken een ander soort baan dan mijn generatie.’
‘Hoogopgeleiden vinden het jammer als ze in een functie terechtkomen waarvan ze het gevoel hebben dat ze totaal geen invloed hebben op het eindresultaat, maar ergens een rapportje inleveren en 5 stappen verder iets mee wordt gedaan zonder dat ze daar verder iets te maken hebben. Dat geldt zeker ook voor mij. Startups zijn niet voor niets zo populair op dit moment. Werken is voor mij nu een grote hobby. Dat gevoel hoop ik in iedere baan hierna te houden.’
Wat heeft u als CFO na InteSpring te leren?
‘Genoeg. De ladder kan altijd hoger. Een volgend bedrijf zal groter zijn, maar ik zal niet snel meer in een heel groot bedrijf terechtkomen. Vroeger wilde ik bijvoorbeeld heel graag bij Unilever werken, maar dat zal ik nu niet meer zo snel willen. Ik vind die flexibiliteit van een kleiner bedrijf heerlijk. Het contact met het product ook. Er is nog genoeg te leren voor mij.’
Al bedrijven op uw verlanglijst staan?
‘Heb ik nog niet. Ik denk dat het een bedrijf is dat ‘onbekend’ is. Vroeger wilde ik heel graag bij Unilever werken, maar dat zal ik nu niet meer zo snel willen. Grote namen doen mij niet meer zoveel. Ik ben niet een zweverig persoon, maar het bedrijf moet wel een product maken waar de wereld wat aan heeft, een beetje beter van wordt. De producten die wij maken, zijn gewoon ontzettend nuttig. De Laevo is bijvoorbeeld een effectieve oplossing voor een wereldwijd probleem. Daarom wil ook iedereen dat het lukt. We zijn er nu zoveel jaren mee bezig, er zit zoveel bloed, zweet en tranen in.’
‘Ik heb een verleden aan TU Delft, ik ben begonnen met Industrieel ontwerpen. Er is geen ontwerper aan mij verloren gegaan, maar ik ben ook niet een typische financial. Ik ben nog nooit een gelijke van mij tegengekomen. Ik ben ook een beetje een rare. Ik ben mezelf nog aan het plaatsen. Mijn interesse gaat zoveel verder. Ik zou het niet aankunnen alleen maar met cijfers bezig te zijn. Dat zou ik jammer vinden.’
Ik heb zo’n vermoeden dat ruimte voor discussie belangrijk voor u is.
‘Dat vind ik heerlijk, daar is geen woord aan gelogen. Op een gegeven moment heb je een soort vertrouwensband en dan is het alleen maar heerlijk als je elkaar flink de waarheid kunt vertellen. Soms begrijp ik de ander gewoon niet of ben ik het er echt niet mee eens. Het is aan mij wel besteed om de discussie aan te gaan.’
Mist u een sparringpartner?
‘Wel inhoudelijk op mijn niveau. In een startupnetwerk zijn er altijd wel mensen bereid om mee te denken, maar het is wel zoeken naar de juiste persoon. Ik heb niet standaard iemand op mijn niveau die ik kan bellen, die moet ik eigenlijk wel hebben. Ik heb het geluk dat mijn man in de advocatuur zit, fusies en overnames. Dat is soms ook een goede sparringpartner, omdat hij inhoudelijk op een andere manier naar dingen kijkt. Van sommige dingen heb ik geen kaas gegeten. Sommige dingen leer je niet, en zeker niet als controller onderaan de ladder. Mis ik een sparringpartner? Jazeker. Soms is Google mijn beste vriend. Dat klinkt heel raar.’
Dat klinkt heel eenzaam.
‘Het is soms roeien met de riemen die je hebt. Ik moet mijn boerenverstand volledig benutten en altijd kritisch blijven denken. Soms gebruik ik de belastinginspecteur als adviseur en zo vechten we ons een weg naar het einde van de tunnel. Ik zou wel een partner willen op senior niveau die mij meer kan leren over aandelentransacties. Ik vind dat ik daar nog te weinig vanaf weet. Eenzaam ben ik allerminst.’
‘Als financial ben je het schaap met 5 poten, maar je moet een schaap met tien poten zijn om het extra leuk te maken. Soms slokken die vijf poten al zoveel energie en aandacht op om de dingen in de basis goed te regelen, dat er geen tijd is om naar buiten te kijken. Maar ik vind het daarbuiten minstens even leuk. Ik ben nou eenmaal goed in financiën. Dat is mijn toegangskaartje tot al het leuke wat er in de wereld te doen is.’