
Bedrijven zenden steeds meer werknemers uit. Voor ondernemingen die groei nastreven in opkomende markten zoals China, Brazilië en Indiia is het essentieel om met de goede mensen vertegenwoordigd te zijn.
Internationaal opererende ondernemingen gaan de komende vijf jaar meer werknemers naar China sturen. Van de onderzochte bedrijven verwacht 40 procent de komende jaren meer werknemers naar het Aziatische land te zullen uitzenden. Dit blijkt uit de Global Assignment Policies and Practices Survey 2017 van KPMG, een jaarlijks onderzoek naar het gebruik en de voorwaarden van internationale mobiliteitsprogramma’s.
Zie ook: ‘Beperkte impact disruptie in Nederland door opleidingsniveau werknemer’
Luydert Smit, partner bij Meijburg & Co Expatriate Services en specialist op het gebied van internationale mobiliteit, ziet ook veel werknemers richting Brazilië, Mexico en India vertrekken. ‘Voor bedrijven die groei nastreven in de opkomende markten is het essentieel om in deze landen met de goede mensen vertegenwoordigd te zijn. En hoewel het aantrekken van nieuw talent in de landen waar het bedrijf actief wordt essentieel is, kan de beschikbaarheid van een eigen groep ervaren medewerkers één van de beste middelen zijn om groei te realiseren met tijdelijke internationale stages in het buitenland en transfers van mensen tussen het moederbedrijf en de dochterondernemingen.’
Data is key
Data-analyse groeit als belangrijk instrument om succes te realiseren. Smit: ‘Het is bijvoorbeeld van belang om te weten of werknemers na terugkomst in het thuisland aan het bedrijf verbonden blijven. Nu geeft maar liefst 33 procent van de deelnemers aan dat zij geen beeld hebben van het aantal mensen dat de onderneming binnen twaalf maanden na terugkomst de rug toekeert.’
‘Van de bedrijven die dat wel controleren, geeft 30 procent van de teruggekeerde expatriates als reden voor hun vertrek aan dat er geen geschikte positie meer is in het thuisland of dat zij elders een aantrekkelijker aanbod hebben gekregen. Data-analyses kunnen helpen om de toegevoegde waarde van het programma binnen de organisatie te tonen en het behoud van uitgezonden medewerkers te verbeteren.’ De lokale immigratie- en registratiewetgeving en belastingwetgeving blijken echter struikelblokken.