
Het nieuwe kabinet blijft van de topinkomens in de publieke en semipublieke sector af. Dat minister-president Mark Rutte weten in een Kamerbrief.
Het nieuwe kabinet trekt het wetsvoorstel uitbreiding personele reikwijdte WNT (WNT3) in. Het voorstel moest ervoor zorgen dat alle werknemers in de publieke en semipublieke sector niet meer dan een minister verdienen. In 2017 is het maximumsalaris 181.000 euro. In 2018 is dit 187.000 euro.
Zie ook: NCD-directeur laakt kritiek topinkomens: ‘Hoe hypocriet en onprofessioneel wil je het hebben’
Minister-president Rutte heeft een Kamerbrief over in te trekken wetsvoorstellen gestuurd. Daarin staat ook het wetsontwerp uitbreiding van de reikwijdte van de Wet normering bezoldiging topfunctionarissen publieke en semipublieke sector naar andere werknemers dan topfunctionarissen.
Voor topbestuurders geldt al dat zij niet meer dan een minister mogen verdienen (2017: 181.000 euro). Op hoge adviseurs en medewerkers van (semi)publieke instanties die net onder de top zitten, zijn de huidige regels echter niet van toepassing.
Uitzonderingen topinkomens
Uitzonderingen voor topadviseurs zouden nodig zijn, luidt de kritiek op verdere aanscherping van de Wet Normering Topinkomens. Anders zou de overheid bijvoorbeeld niet de juiste financiële of ICT-specialisten kunnen aantrekken, aldus de woordvoerder. Tv-presentatoren Jeroen Pauw en Matthijs van Nieuwkerk waren echter het mikpunt van kritiek vanwege hun forse salarissen. Het tweetal zou ruim boven de Balkenendenorm verdienen.
‘Meer zorgen over inkomen consultant dan over leraar voor de klas’
PvdA-leider Lodewijk Asscher had onlnags tijdens een debat over de kabinetsformatie forse kritiek op het besluit. ‘Het intrekken van de WNT3 is een keuze die ideologie verraadt. Men maakt zich meer zorgen over het inkomen van de consultant of manager dan het inkomen van de agent, de militair of de leraar voor de klas.’