
De jaarrekeningen die in deze periode van het jaar worden vastgesteld, geven een minder florissant beeld dan wij gewend zijn. Dit kan reden zijn om enkele posten van de jaarrekening nader tegen het licht te houden. Sommige keuzes kunnen namelijk een effect hebben op bijvoorbeeld de mogelijke dividenduitkering en de creditrating van het bedrijf. Bijvoorbeeld de post belastinglatenties.
De mogelijkheid van een rechtspersoon om dividend uit te keren aan aandeelhouders kan met de post belastinglatenties worden beïnvloed. Het bestuur van de onderneming geeft met de opname van een actieve belastinglatentie een indicatie van het vertrouwen in de continuïteit van het onderneming. Waardoor ontstaan latente belastingen en wat zijn de aandachtspunten bij de vaststelling van deze bedragen?
Verantwoord oordeel over vermogen en resultaat

Het uitgangspunt van een jaarrekening is het verschaffen van een beeld waarmee lezers een verantwoord oordeel kunnen vormen over het vermogen en het resultaat. Dit beeld kent verschillende smaken. Voor de post belastingen is maar één smaak bepalend: de fiscale waarderingsgrondslag. Deze kan verschillen van bijvoorbeeld een commerciële waarderingsgrondslag.
Acute belastingen
Wanneer een onderneming over het lopende verslagjaar of eerdere jaren nog belastingen verschuldigd is, moeten deze schulden als verplichting worden opgenomen. Is er voor deze jaren juist méér betaald dan het verschuldigde bedrag, dan moet het meerdere als vordering worden opgenomen.
Actieve en passieve belastinglatenties
Een actieve belastinglatentie is een in de toekomst te vorderen belastingbedrag. Een passieve belastinglatentie is een belastingschuld in de toekomst vanwege verrekenbare tijdelijk verschillen.
Deze bedragen vallen vrij bij realisatie of afwikkeling van het actief, de voorziening, de schuld of het overlopend passief: de belasting die verbonden was aan dit verschil is dus ontvangen of betaald. Deze posten komen voor saldering in aanmerking wanneer de belasting naar de winst wordt geheven door dezelfde belastingautoriteit en het toegestaan is om netto af te rekenen. Dit leidt tot een balansverkorting die impact heeft op ratio’s die het oordeel over de jaarrekening kunnen beïnvloeden.
Permanent karakter, dan geen latentie
Wanneer de verschillen niet een tijdelijk maar een permanent karakter hebben, ontstaat geen latentie. Ook ontstaat er geen latentie als er sprake is van een fiscale waarderingsgrondslag in de jaarrekening Of wanneer een verschil in de toekomst geen gevolgen heeft voor het te betalen belastingbedrag. Het belastingbedrag in de jaarrekening zal in dat laatste geval niet ‘matchen’ met de winst in de jaarrekening. De effectieve belastingdruk wijkt af van dit percentage en er is dan sprake van over- of onderdruk.
Voor kleine rechtspersonen bestaat de wettelijke mogelijkheid om fiscale waarderingsgrondslagen toe te passen, als gevolg van de Wet Samenval. Deze waarderingsgrondslag resulteert in een fiscale winst, waarbij geen sprake is van tijdelijke verschillen en de jaarrekening op deze grondslag kent de post latente belastingen niet. Er zijn immers geen waarderingsverschillen van activa en passiva die kunnen leiden tot een actieve of passieve latentie in de balans. Opmerkelijk is dat de Raad voor de Jaarverslaggeving stelt dat bij toepassing van fiscale grondslagen geen actieve latenties verwerkt mogen worden uit hoofde van verliescompensatie.
Verliesverrekening: carry-back en carry-forward

Bij carry-back van een verlies ontstaat een post te ontvangen belastingen. Deze kan onder twee voorwaarden geactiveerd worden. Ten eerste moet het waarschijnlijk zijn dat deze post wordt ontvangen en ten tweede moet het bedrag betrouwbaar vastgesteld kunnen worden. Deze voorwaarden zijn in de regel bij carry-back geen punt: de definitieve aanslagen geven voldoende zekerheid over de waarschijnlijkheid van de ontvangst van de belastinggelden.
Dit ligt anders bij carry-forward. De voorwaarde van betrouwbaarheid is te overzien, maar de waarschijnlijkheid dat het verlies in de toekomst verrekend kan worden, is minder zeker. Want een verlies in een onderhavig jaar kan een aanwijzing zijn voor onvoldoende fiscale winst in de toekomst.
Niet opgenomen latente belastingvorderingen
Elk jaar moet beoordeeld worden of de niet opgenomen belastingvorderingen alsnog geactiveerd moeten worden, omdat het elk jaar waarschijnlijker wordt dat toekomstige fiscale winst gerealiseerd is. Bijvoorbeeld dankzij verbeterde marktomstandigheden, herstel van prijzen in de markt of de positieve gevolgen van een reorganisatie.
Jaarrekening
Wat betekent dit nu voor de jaarrekening? De wettelijke inrichtingsjaarrekening moet voldoen aan de ‘principle based’ regelgeving in het jaarrekeningrecht, wat een ‘true en fair view’ moet opleveren. Deze regelgeving bestaat onder meer uit accounting-principes. Waar het gaat om belastinglatenties zijn twee principes vooral relevant: het voorzichtigheidsprincipe en het matchingprincipe.
Direct openen om het moment dat ze voorzien zijn
Het voorzichtigheidsprincipe zorgt ervoor de kosten direct worden genomen op het moment dat ze voorzienbaar zijn. Hier staat tegenover het realisatieprincipe, waarbij omzet pas opgenomen wordt als deze is gerealiseerd. Ook als er nog geen juridische perfecte schuld is, moet vanuit het voorzichtigheidsprincipe de post wel opgenomen worden in de jaarrekening.
Juridisch af te dwingen of feitelijk verplicht

In de toekomst is het juridisch afdwingbaar of feitelijk verplicht. De post voorzieningen is dan de post die daarvoor in aanmerking komt. Indien deze post niet redelijkerwijs kan worden geschat en dus niet betrouwbaar kan worden vastgesteld, kan deze niet worden opgenomen op de balans en moet ze worden toegelicht onder de niet uit balans blijkende verplichtingen. De passieve belastinglatentie heeft dus het karakter van een voorziening en kwalificeert zich als vreemd vermogen.
Een actieve belastinglatentie zal minder snel op de balans komen; het moet dan zeer waarschijnlijk zijn dat deze post in de toekomst verrekenbaar is.
Belastingdruk moet matchen met belastingtarief
Uitgangspunt van het matchingprincipe is dat bij een jaarrekening op commerciële grondslag de belastingdruk in de winst- en verliesrekening matcht met het geldende belastingtarief. Het mechanisme van belastinglatenties maakt dit mogelijk: een latentie wordt gevormd voor de verschillen met de fiscale winst. Als het geldende belastingtarief niet overeenstemt met de effectieve belastingdruk in de winst- en verliesrekening, is er dus sprake van onder- of overdruk. Dit wordt veroorzaakt door permanente verschillen.
Koopprijs toegerekend aan reële waarde
Bij overname wordt de koopprijs toegerekend aan de reële waarde van identificeerbare activa en passiva op het tijdstip van overname.Als de fiscale boekwaarde door de overname niet (in gelijke mate) wijzigt, ontstaat er een belastbaar verschil dat resulteert in een latente belastingverplichting. Deze latentie heeft vervolgens weer invloed op de goodwill.
Herwaardering van activa
Bij herwaardering van activa naar hun reële waarde, ontstaat een herwaarderingsreserve. Wanneer een onderneming eenmaal is overgestapt op waardering op actuele waarde, moet deze jaarlijks beoordeeld worden. Dit heeft gevolgen voor de omvang van de herwaarderingsreserve en mogelijk voor de belastinglatentie.
Investeringen in groepsmaatschappijen, overige deelnemingen en joint ventures
Commercieel worden deelnemingen (waaronder ook de groepsmaatschappij) veelal gewaardeerd met de vermogensmutatiemethode, die uitgaat van de netto-vermogenswaarde of de zichtbaar intrinsieke waarde. Fiscaal wordt een deelneming gewaardeerd tegen historische aanschafwaarde. Hiertussen kunnen tijdelijke verschillen ontstaan. Vallen de genoemde belangen onder de deelnemingsvrijstelling, dan is het openemen van een latente belastingvordering of – verplichting niet nodig, omdat bij het aflopen van het tijdelijke verschil geen verplichting ontstaat aan de fiscus.
Waardering tegen nominale of contante waarde
De onderneming moet de waardering van latente belastingverplichtingen en -vorderingen baseren op de fiscale gevolgen van het in de toekomst te verwachten bedrag van de realisatie of afwikkeling. Men kan kiezen voor waardering tegen nominale waarde of contante waarde. Omdat de jaarlijkse rentetoevoeging fiscaal niet in aanmerking genomen kan worden, moet bij de waardering tegen contante waarde discontering plaatsvinden op basis van de nettorente. Dat is de voor de rechtspersoon geldende rente voor langlopende leningen, onder aftrek van belasting op basis van het effectieve belastingtarief.
Presentatie onder vaste of vlottende activa
Latente belastingvorderingen moeten op een afzonderlijke regel worden opgenomen onder de financiële vaste activa of onder vlottende activa, afhankelijk van de looptijd van de vordering. Men moet latente belastingverplichtingen dus opnemen onder de voorzieningen. In de toelichting moet de onderneming zoveel mogelijk aangegeven in welke mate ze deze voorziening als langlopend beschouwt.
Wat is nu een tijdelijk verschil? Een simpel voorbeeld kan het duidelijk maken. Het betreft een machine met commerciële en fiscale waarderingsgegevens. In dit voorbeeld is het belastingtarief 25%.
Machine, commercieel:
Boekwaarde € 100.000,-.
Afschrijving van de boekwaarde: 20%.
Afschrijving is dan € 20.000.Machine, fiscaal:
Boekwaarde € 80.000,-.
Afschrijving vast bedrag: € 30.000 per jaar.De inrichtingsjaarrekening kent een commerciële waarderingsgrondslag op basis van historische kosten. Er ontstaat een tijdelijk verschil in winst voor belasting door deze machine van € 10.000. Hier rust een belastinglatentie op van 25% = € 2.500.
Tot slot: er zijn keuzes te maken
Belastinglatenties ontstaan door verschillen tussen de fiscale winstbepaling en alle andere winstbepalingsstelsels. Wanneer het om tijdelijke verschillen gaat, ontstaat er dus een latentie, actief of passief. Bij verliesverrekening ontstaat een actieve latentie, maar dan moet het waarschijnlijk zijn dat deze ook gerealiseerd wordt in de toekomst.
Er zijn dus keuzes te maken. Het beeld dat een jaarrekening oproept, is enigszins subjectief. Aan een belastinglatentie ligt uiteindelijk altijd een schatting ten grondslag. De onderneming moet keuzes maken, zoals de keuze van de waarderingsgrondslag, de levensduur van een activum en het afschrijvingsregime – zowel van de fiscale (voor zover belastingwetten hiertoe ruimte bieden) als commerciële waarde. Ook moet men een inschatting maken of een actieve belastinglatentie opgenomen moet worden in de jaarrekening; voor nominale of contante waarde.
Dit alles kan effect hebben op het beeld van de jaarrekening, op de beschikbare vrije reserves die voor dividenduitkering ter beschikking staan, op de solvabiliteitratio’s die mede de credit-rating van het bedrijf kunnen bepalen met de bijhorende gevolgen voor de geldende vermogenskosten voet et cetera. Een deugdelijk grondslag is dus gevraagd bij de vaststelling van belastinglatenties in de jaarrekening.
Auteur: Charles Kock is vakdirecteur Accountancy bij Flynth
Dit artikel werd geüpdate door Bart Kamp
Bronnen:
Boek 2 Titel 9 art. 362, 374, 384, 390, 396.
Raad van voor de Jaarverslaggeving, richtlijn 272.
RJ-Uiting 2011-4.
NBA Alert 20.
Lees ook
Het net sluit zich rondom belastingontwijkende CFO’s
Meldingsplicht voor internationale belastingadviezen volgens RB te grof