
‘De wereld van de financiële dienstverlening is heel interessant. Het beroep van controller is een heel traditioneel beroep, maar het verandert op het moment heel snel. Hoe die mensen daar mee omgaan, dat vind ik echt heel boeiend.’ Mathijs Bouman, econoom en journalist, weet het in een paar zinnen samen te vatten. De huidige controller zit met een dilemma: wil hij meegaan met zijn tijd, moet hij meer weten van de veranderende technologie en software. Maar daarom moet hij zelf ook veranderen. Welke richting op? Dat moet hij zelf bepalen.
Daar zit het dilemma. Want waar moet je beter in worden? Bouman: ‘Je hoeft geen programmeur te worden. Maar de definitie van het beroep wordt anders. Dat geldt overigens voor de meeste andere hoogwaardige beroepen. Mensen kunnen zich specialiseren richting ict, maar ook richting coaching of advies. Nog weer een andere groep controllers zal productontwikkeling gaan doen. Die functies zullen vast ook weer nieuwe namen krijgen.’
Nieuwe naam voor controllers
Een aantal bedrijven is al afgestapt van de benaming ‘controller’, zij spreken liever van ‘navigator’. Bouman denkt niet dat dat nut heeft. ‘Hoeveel helpt het om vooraf de naam van een functie te veranderen? Misschien heeft het een sturende werking, maar persoonlijk hoop ik dat er controllers blijven en dat we straks nog steeds auditors hebben. Zo’n naam als navigator is zo positief dat ik er wantrouwend van wordt.’
Markten met een winnaar
Bouman vervolgt: ‘We leven in interessante tijden. We zien dat bedrijven die veranderen en groeien vaak op een fundamenteel andere manier denken over hun bedrijfsmodel. Zij kijken naar technologie en globalisering en concluderen dat er steeds meer markten zijn met een winnaar. De rest van de bedrijven in die markt verdwijnt. Dat heeft gevolgen voor de manier waarop de arbeidsmarkt werkt. Daar is steeds meer vraag naar flexibiliteit. Bovendien is het nodig dat het hogere kader in een bedrijf vaker en makkelijker tussen bedrijven overstapt, van functie verandert en soms zelf een geheel nieuwe opleidingsrichting kiest. Dat zijn echte puzzels voor een controller.‘
De zoveelste revolutie
In tegenstelling tot veel van zijn vakgenoten denk Bouman niet dat we op dit moment in de zoveelste revolutie leven. ‘Als dat het geval zou zijn, zou de economische groei veel groter zijn. Op dit moment zit er ongeveer 2 procent groei in de Nederlandse economische markt. Dat kan je geen revolutie noemen. Ook denk ik niet dat robots binnenkort het werk overnemen. Dat hoor je ook veel goeroes zeggen op dit moment. Die noemen de huidige status de ‘wildste tech-ontwikkeling ooit’. Maar de productiviteit van mensen is de laatste tijd stabiel. Die is niet gegroeid. Dat past niet bij het beeld dat die goeroes schetsen. Ik ben heel enthousiast over de ontwikkelingen die we nu doormaken, maar ik stoor me aan mensen die de revolutie uitroepen.’
‘Kunstmatige intelligentie is een hype’
Volgens de econoom is kunstmatige intelligentie dan ook een hype. ‘Dat geldt voor meer tech. Ik kan ze zo opnoemen: het begon met big data, toen kwam de robot, vorig jaar hadden we de blockchain en dit jaar is het kunstmatige intelligentie. Die hypes, daar ontkom je niet aan. Ze zetten mensen in beweging. Maar je moet wel ook naar de andere kant kijken. Het gaat allemaal zo snel niet. Er zijn nog maar weinig toepassingen voor al die hype-technologieën. De meeste mensen met verstand van zaken gruwen ook van de term kunstmatige intelligentie. We hebben iets kunstmatigs, maar intelligent is het nog niet. De huidige tech kan een beetje leren, maar begrijpen doet het nog lang niet. We hoeven van mij niet te ontkennen dat het leuk is, maar laten we het wel onthypen.’
Snel en langzaam tegelijk
Als econoom kijkt Bouman graag naar cijfers, in plaats van de hype. Hij legt uit: ‘Tech gaat snel en langzaam tegelijk. Als ik vanuit 2009 kijk naar de staat van de technologie in 2019, vind ik het allemaal wel meevallen. We hebben geen vliegende auto’s en zorgrobots. Maar terugkijkend vanuit 2019 over de afgelopen 10 jaar ziet er toch indrukwekkend uit. De maatschappij is vrij ingrijpend veranderd door smart phones en social media, bijvoorbeeld. Dat had niemand kunnen voorspellen. De maatschappelijke invloed van al die tech is veel groter dan de economische invloed.’
De controller als adviseur
Het zou best eens kunnen dat, in de toekomst, een groot deel van het werk van de controller wordt overgenomen door tech en dat de CFO best af kan zonder de cijferkrakers. Veel mensen denken dat de rol van de controller om die reden adviserender, coachender wordt. Maar daar is Bouman nog niet zo zeker van: ‘Dat is een beetje alsof je tegen de kolenschuiver van de stoomtrein zegt dat hij voortaan met de passagiers mag gaan praten. Zonder noodzaak dat je er bent, heb je geen baan. Iedereen moet nuttig zijn. Als taken worden overgenomen door geautomatiseerde systemen is het niet zeker dat die persoon binnen hetzelfde bedrijf herplaatst kan worden. Dan kan je wel stellen dat die persoon gaat adviseren, maar wie zegt dat daar behoefte aan is? Het zou best kunnen dat het beroep gewoon verdwijnt. Maar ik zou niet durven voorspellen wat de nieuwe rol van controllers dan is.’
Stompzinnige voorspellingen van slimme wetenschappers
Bouman wil sowieso geen voorspellingen doen: ‘Er zijn de afgelopen jaren vrij stompzinnige voorspellingen gedaan door hele slimme wetenschappers over hoe tech beroepen gaat opeten. Zodra een bepaalde taak geautomatiseerd kon worden, zou dat beroep gaan verdwijnen. Maar een beroep is een combinatie van kennis en vaardigheden. Als je alleen kijkt naar de vaardigheden, kijk je te beperkt naar een beroep. Een beroep is veel meer dan die vaardigheid. Je moet eerst heel goed weten wat iemand doet, voordat je stelt dat iemands beroep verdwijnt. Ik geloof ook niet zo in de ‘bullshit baan’. Mensen weten vaak niet waarom ze nuttig zijn. Misschien denken ze dat hun radertje in het rad niet nuttig is, maar iemand die het grotere beeld ziet weet dat wel. Het concept van de bullshitbaan, een nutteloze functie is in tegenspraak met alles dat wij als economen weten van het kapitalisme.’
Domme robots
Door stellingen over bullshitbanen en tech die iemands beroep opeet gaat veel mis rond de acceptatie van nieuwe tech. Bouman: ‘Technologie gaat veel veranderen, maar de doemverhalen kloppen niet. Het is interessant dat een computer veel kan, maar computers zitten in een kastje. Terwijl wij mensen rondlopen. Dan heb je de robot. Die kan bewegen, maar is relatief dom. Hij kan vaak maar een ding en meestal niet langs alle drie de assen bewegen. De wereld moet aangepast worden, zodat de robot kan functioneren. Dan moeten er bijvoorbeeld hekjes of draadjes worden gespannen zodat de robot blijft waar hij hoort. Hij kan niet functioneren in de gewone mensenwereld. De ene is dus dom, de ander fysiek beperkt. Het wordt pas interessant als we de twee soorten gaan combineren. Iets dat zelf kan leren, dat bestaat in een technologisch goed uitgevoerd, bewegend apparaat. Een computer die zich in de werkelijkheid begeeft en interactie kan hebben met zijn omgeving. Dat is machine learning waar je wat aan hebt.’
Een macro is geen KI
Maar zo ver zijn we nog lang niet. De experimenten met de zelfrijdende shuttlebus bij vliegvelden werd stopgezet omdat de bus zoveel veiligheidsregels had dat hij niet meer durfde in te voegen in het verkeer op de snelweg. Laat staan dat een dergelijk voertuig zich in de binnenstad van Amsterdam kan begeven. Bouman: ‘Ik snap wel dat die experts zich doodergeren aan goeroes die beweren dat het einde van iemands baan in zicht is. We moeten er gewoon een beetje normaal over doen. Zeker in de financiële wereld moeten mensen eens ophouden alles een robot te noemen. Meestal is het weinig meer dan een lekker werkend macrootje, app of tooltje. Dit jaar noemen we alles ook ineens kunstmatige intelligentie. Maar echte intelligentie bestaat nog helemaal niet. Het is een programma dat goed kan rekenen en soms doet het iets dat lijkt op leren. Want eigenlijk is het meer een soort trainen wat die programma’s kunnen. Ze kunnen één kunstje heel goed. Maar je bewijst de ontwikkeling van die technologieën geen dienst door over een algoritme of machine learning te praten als kunstmatige intelligentie.’
Oude fouten
Maar wat moet de controller dan wel doen? Bouman kijkt naar het verleden: ‘Ik vind het interessant dat, als we het over dit soort onderwerpen hebben, we telkens terugkomen op baanverlies en meer belasting. Daarmee maken we fouten die we eerder ook maakten met de ontdekking van nieuwe technologieën. Dat soort termen maakt mensen angstig. Dat hoeft helemaal niet. Want wat mensen moeten doen om mee te gaan met de tijd wordt vanzelf duidelijk.’ Hij concludeert gniffelend: ‘Alsof je de keuze hebt om niet mee te gaan’.
Econoom en financieel journalist Mathijs Bouman spreekt op 20 juni tijdens de Nationale Controllersdag over financieel-economische ontwikkelingen en perspectieven.
Lees ook:
Agile werken: ‘De controller wordt meer een business enabler’
9 nieuwe controlrisico’s waar de CFO toch echt aandacht voor moet hebben