
De centrale gedachte van de circulaire economie is het op verschillende niveaus ontwerpen en herontwerpen van business modellen waarin waardebehoud gedurende de levensduur van grondstoffen en materialen het uitgangspunt is.
De herbruikbaarheid van grondstoffen en materialen en het herstellend vermogen van natuurlijke hulpbronnen moeten daarbij centraal staan, net als het minimaliseren van waardevernietiging en het nastreven van waardecreatie in iedere schakel van de waardeketen. De organisatorische uitdaging is om die business modellen in en tussen ondernemingen te realiseren. Het streven naar een circulaire economie is dus geen doel op zich, maar een middel voor toegang tot toekomstige welvaart.
Jan Jonker c.s. (2018) vertalen de principes van waardecreatie in de circulaire economie naar een aantal generieke bouwstenen die alle circulaire business modellen in zich moeten hebben.

De vijf onderkende bouwstenen voor circulaire business modellen zijn:
- het realiseren van kringlopen;
- het streven naar waardecreatie;
- het kiezen voor een passende strategie;
- het vormgeven van een passende organisatie;
- het ontwikkelen van business modellen.
Het realiseren van kringlopen
De kern van de circulaire economie is het sluiten van (materiële) kringlopen in het productieproces en in de levenscyclus van een product. Dat kan binnen de eigen organisatie, maar dat kan ook met partijen in de waardeketen. Alleen ondernemingen die aan het sluiten van kringlopen werken kunnen een circulair business model hebben. Daarbij kan zowel de mate waarin, de tijd waarover als ook de lengte van de kringloop die ze trachten te sluiten tussen ondernemingen aanzienlijk verschillen. Het moet echter wel om de hoofdactiviteit van een onderneming gaan. Alleen het sluiten van kringlopen bij niet-kernactiviteiten kwalificeert hier niet voor.
Het streven naar waardecreatie
Door op basis van principes van de circulaire economie te werken wordt niet alleen financiële waarde, maar ook sociale en ecologische waarde gecreëerd. Ondernemingen die wel een kringloop sluiten, maar daarbij geen duurzaamheidswinst boeken, hanteren geen circulair business model. Deze ondernemingen dragen daarbij niet bij aan een circulaire economie.
Het kiezen voor een passende strategie
Succesvol kunnen zijn met een circulair business model vraagt om een heldere strategie. In een circulair business model worden voor een deel andere strategische afwegingen gemaakt dan in een lineair business model. Het is bijvoorbeeld belangrijk dat in de waardecreatie niet meer het moment van verkoop van een product centraal staat, maar het leveren van toegevoegde waarde over de levensduur van het product. Dat duidt op een langduriger relatie met één of meerdere klanten voor één product.
Het vormgeven van een passende organisatie
Een onderneming kan niet alleen circulair opereren. De circulaire economie vraagt om het samen met partners organiseren in ketens en netwerken. Het in samenhang en in samenwerking organiseren van meervoudige waardecreatie is een voorwaarde voor een circulair business model.
Het ontwikkelen van business modellen
Door het samen met partners organiseren in ketens en netwerken veranderen de business modellen. Ondernemingen creëren onder andere omzet door de tijd heen of door samen waarde te creëren (cascaderen).
Typologie van circulaire business modellen
Op basis van het boek Waste to Wealth: Creating Advantage in a Circular Economy van Peter Lacy en Jakob Rutqvist kunnen vijf circulaire business modellen worden onderscheiden:
1. circulaire inputs; in dit business model vinden of creëren ondernemingen grondstoffen en materialen, die volledig hernieuwbaar, biologisch afbreekbaar of herbruikbaar zijn. Deze 2 ondernemingen verdienen hun geld met het ontwikkelen van dit soort grondstoffen en materialen, die de basis voor de overgang naar een volledig circulaire economie vormen;
2. ‘product as a service’; ‘product as a service’ is een alternatief voor het lineaire business model, waarbij de maker of verkoper in plaats van afstand te doen van het eigendom, eigenaar van een product blijft. De gebruiker krijgt het product dus in bruikleen en betaalt daar een vergoeding voor. Meestal op basis van gebruik, maar een abonnement is ook mogelijk. Dit business model is het meest toepasbaar voor ondernemingen die eigenaar van een product zijn. In hoofdstuk 8 wordt een stappenplan voor dit type circulaire business modellen gepresenteerd;
3. levensduurverlenging; het op grote schaal en zonder veel verlies herstellen of doorverkopen van producten voor een tweede leven klinkt simpel, maar is een uitdaging. Levensduurverlenging vindt aan het begin van een waardeketen plaats. Bijvoorbeeld bij de industrie, die ervoor zorgt dat producten robuuster of modulair worden gebouwd. Daardoor gaat een product als geheel langer mee en kunnen bepaalde onderdelen makkelijk worden vervangen. Maar levensduurverlenging kan ook heel dicht bij de consument plaatsvinden;
4. deelplatforms; deze business modellen richten zich op het optimaliseren van functionaliteiten. Door producten, die niet of nauwelijks of alleen met pieken en dalen worden gebruikt, zoals auto’s, boormachines en parkeergarages, slimmer te benutten door er meer mensen van te laten profiteren, hoeven er minder producten te worden gemaakt. Door capaciteit, behoefte en toegankelijkheid te verbinden ontstaat een business model. Platform business modellen leveren dus een directe bijdrage aan het ‘product as a service’ model.

5. waardeterugwinning; het begrip waardeterugwinning werd in 1987 in het zogenaamde Brundtland-rapport: Our Common Future beschreven. Hierin riep de VN voor het eerst op tot duurzame ontwikkeling. Vanuit een duurzaam oogpunt wordt waardeterugwinning belangrijk geacht, maar ook bedrijfseconomisch heeft het zin. Deze logica maakt waardeterugwinning een van de meest prominente aspecten van duurzame ontwikkeling en circulaire economie. Heel belangrijk voor waardeterugwinning is de faciliterende logistiek. Het terugwinnen van de waarde van een grondstof hangt samen met de logistieke kosten. Het totale kosten- en waardenplaatje moet kloppen.
ABN Amro heeft voor dertien verschillende sectoren gezocht naar de business modellen die zij het meest kansrijk achten voor ondernemingen in die sector. In figuur 2 staan de bevindingen. Uit de figuur blijkt maar hoe divers de verschillende sectoren zijn, maar ook dat elke sector een natuurlijke voorkeur voor bepaalde business modellen heeft die aan een circulaire economie kunnen bijdragen.
Het is goed om te beseffen dat de circulaire economie zich per definitie niet tot één sector beperkt, maar juist ecosystemen en cross-sectorale verbanden kent. De circulaire economie vraagt om flexibiliteit en samenwerking buiten de grenzen van de eigen sector. Toch is de sector een logisch startpunt om het circulaire gedachtengoed te laden en te laten versnellen.
Drs. R.M. Kieft RA is zelfstandig gevestigd onder de naam Bureau voor Administratie en Controle Kieft (BACK) B.V.
E-learning over circulaire economie
Over dit onderwerp is een uitgebreide e-learning beschikbaar op de website van The Finance Academy, waarin financieel medewerkers, managers en adviseurs een aantal stappenplannen en veel praktijkvoorbeelden en adviezen worden aangereikt om een eerste stap te zetten op of het verder vervolgen van de weg naar een circulair businessmodel.
Lees ook
Circulaire economie komt niet van de grond
Banken lanceren financieringsrichtlijnen voor circulaire economie
Literatuurlijst
Jonker, J., e.a., Circulair organiseren, Werkboek voor het ontwikkelen van een circulair businessmodel, Jonker, I. Kothman, N. Faber en N. Montenegro Navarro, 2018, opgenomen op: www.circulairebusinessmodellen.nl.
Jonker, J., e.a., De circulaire economie, Denkbeelden, ontwikkelingen en business modellen, Whitepaper, Radboud Universiteit Nijmegen, Nijmegen, januari 2018, opgenomen op: https://www.circulairebusinessmodellen.nl/.
Wijk, S. van, Alles van Waarde: Circulariteit door sectoren heen, ABN AMRO, opgenomen op: https://insights.abnamro.nl, 30 juni 2017.