
De wettelijke controle door accountants op de boekhouding van bedrijven schiet nog altijd tekort. Dat is de conclusie van de Commissie toekomst accountancysector (CTA) in haar rapport ‘Vertrouwen op Controle‘. Op verzoek van minister Wopke Hoekstra (Financiën) deed de commissie onderzoek naar hoe de kwaliteit van de accountantscontroles kan worden verbeterd.
Toezichthouders hebben te weinig zicht op de kwaliteit van de controles. Daar moet eerst verandering in komen, onder meer door duidelijke kwaliteitsnormen en een strakkere regie van de Autoriteit Financiële Markten (AFM), zo valt te lezen in het rapport.
De grote accountantskantoren liggen al jaren onder een vergrootglas na een reeks grote schandalen, zoals de geruchtmakende boekhoudfraude bij supermarktconcern Ahold, het faillissement van installatiereus Imtech en de grote financiële problemen van woningcorporatie Vestia.
Versnipperde sector
De commissie stelt vast dat het toezicht op de sector “totaal versnipperd” is. Naast de AFM bemoeien ook brancheorganisaties zich daarmee. “Dat is niet effectief”, zegt commissievoorzitter Annetje Ottow. “Het toezicht moet in één hand en daarvoor is de AFM op aarde.” De sector mag wel zelf meedenken over de meetlat waarlangs het werk wordt gelegd.
Niet alleen het externe toezicht maar ook de interne controle bij accountantsfirma’s moet volgens de commissie beter. Daarom beveelt zij aan voor de twintig grootste kantoren een raad van commissarissen verplicht te stellen die tegenwicht kan bieden aan de raad van bestuur en de partners op terreinen als kwaliteit en beloningen.
Hoekstra had de commissie ook gevraagd te kijken of het wenselijk is de controle- en advieswerkzaamheden van accountantsorganisaties helemaal van elkaar te scheiden. Sinds 2013 is het al verboden beide diensten tegelijk te verlenen aan hetzelfde bedrijf. Dat moet voorkomen dat een firma in de verleiding komt een oogje toe te knijpen bij de controle van de boeken, om kans te maken op lucratieve adviescontracten.
Extra onderzoek
De commissie stelt voor extra onderzoek te doen maar vreest dat zo’n verplichte scheiding een wel erg zware maatregel is. Firma’s zullen gecompenseerd moeten worden voor het verlies van een groot deel van hun inkomsten. De vraag is of die “maatschappelijke kosten” opwegen tegen de voordelen, aldus Ottow.
Hoekstra is het met de commissie eens dat er “nog veel werk aan de winkel is” in de sector. Hij belooft snel met de aanbevelingen aan de slag te gaan.
Belangrijkste opgaven
In een reactie onderschrijft de Koninklijke Nederlandse Beroepsorganisatie van Accountants (NBA) de stelling dat ‘het vertrouwen in de accountancysector en het vergroten van de aantrekkelijkheid van het beroep de komende jaren bij de belangrijkste opgaven horen.
“Wij herkennen de conclusie van de CTA dat er geen juist en integraal beeld is van de kwaliteit van de wettelijke controles. De sector zal daarom systematischer data moeten verzamelen en publiceren. Dit zal bijdragen aan meer transparantie en vergelijkbaarheid. De verdere publicatie van audit quality indicators (AQI’s) kunnen daaraan bijdragen. De Koninklijke Nederlandse Beroepsorganisatie van Accountants (NBA) zal zich inspannen om deze met alle betrokkenen verder te ontwikkelen.”
“Tegelijkertijd omvat controlekwaliteit meer dan alleen cijfers: elementen als de juiste cultuur en de goede professioneel-kritische instelling laten zich niet eenvoudig kwantificeren. Wij zien dat alle maatregelen van de afgelopen jaren leiden tot een meer formalistische aanpak en impact hebben op de werkdruk, zoals ook door de CTA wordt geconstateerd. Kwaliteit is meer dan ticking the box. Samen met een negatieve beeldvorming leidt dat tot een verminderde aantrekkelijkheid van het beroep.”
“Het verder terugdringen van het aantal onvoldoende dossiers is noodzakelijk. De NBA wil graag samen met kantoren en toezichthouders de komende periode meer inzicht krijgen in de aard en de diepere oorzaken van de geconstateerde tekortkomingen en daarover publiceren.”