
Het is een fascinerende tijd. Financials mogen de digitaliseringsslag in de organisatie waarin zij werken mee vormgeven. Gwen van Berne is CFO van RIPE NCC, de organisatie die verantwoordelijk is voor de uitgifte van IP-adressen in Europa, Rusland en het Midden-Oosten, en Chair-elect van IMA® (Institute of Management Accountants), de wereldwijde beroepsorganisatie voor accounting en finance professionals. “Financials hebben al snel de neiging om operationeel te blijven kijken, maar ik vind dat je je eigen businessmodel en waardtoevoeging aan de maatschappij moet challengen.”
Van Berne is sinds december 2017 CFO van RIPE NCC. “Mijn verantwoordelijkheden richten zich op de financiële processen en om te zorgen dat er voldoende geld is om onze activiteiten voor de leden te verzorgen. Ik vind het ook belangrijk dat wij als nonprofit membership organization voldoende blijven innoveren in onze totale dienstverlening.”
RIPE NCC is een organisatie met 160 medewerkers. Wat is uw rol?
“Mijn rol als CFO is, omdat het een middelgrote organisatie is, breed. De ene dag rond ik een maandafsluiting af en de volgende dag zoek ik naar mogelijkheden hoe wij onze pensioenuitgaven kunnen optimaliseren. Weer een volgende dag denk ik met de CIO na over nieuwe investeringen in onze systemen of praat ik met onze stakeholders. In mijn functie krijg ik veel mee van de digitale ontwikkelingen. Onder onze leden bevinden zich alle bekende Internet Service Providers en techbedrijven. KPN en Deutsche Telecom bijvoorbeeld, maar ook partijen als Google en Netflix. Iedereen die IP-adressen gebruikt haalt die uiteindelijk bij ons.”
Hoe geven jullie de digitale transformatie vorm binnen de organisatie?
“Wij zitten in het hart van de ontwikkelingen en we vormen de ruggengraat van het internet. Daarnaast spreek ik via mijn werk met veel mensen die werken aan baanbrekende technische innovaties. Maar doordat wij voor onze leden werken, en een nonprofit vereniging zijn, vergeet je het als organisatie soms zelf om je interne basisprocessen ook voortdurend te blijven digitaliseren. Wij moeten het onze leden continu uitleggen waarin we investeren en wat wij voor hen doen. Dan kan het lastig zijn om geld te vragen voor zaken waar de leden niet direct baat bij hebben en krijgen andere automatiseringsprojecten zoals het verbeteren van de RIPE-database voorrang. Leg het de leden bijvoorbeeld maar eens uit dat je met hun geld je eigen interne ERP-systeem een upgrade geeft. Gelukkig heb ik daar in mijn tijd bij RIPE NCC de handen wel voor op elkaar voor gekregen en we hebben de afgelopen jaren een heel mooie inhaalslag gemaakt.”

Gwen van Berne: “Je hebt al snel de neiging om operationeel te blijven kijken, maar ik vind dat je je eigen businessmodel in de volle breedte moet blijven challengen” (C) Roel Dijkstra Fotografie / Foto : Fred Libochant
Welke stappen doorloopt u in een digitaliseringsstrategie?
“Je moet kijken naar verschillende aspecten. Hoe ziet het bestaande systemenlandschap eruit en welke applicaties gebruik ik al in mijn organisatie? Kan ik die verbeteren? Waar zitten er nog manuele handelingen en kan dit niet anders? Zijn er aan de andere kant nieuwe technologieën die ik moet aanschaffen om onze tijd vooruit te blijven? Of moet ik mogelijk als organisatie zelf nieuwe digitale diensten ontwikkelen door deze nieuwe technologieën? Daar laten organisaties nog wel eens steken vallen. Je hebt al snel de neiging om operationeel te blijven kijken, maar ik vind dat je je eigen businessmodel in de volle breedte moet blijven challengen. Daar ligt ook een belangrijke rol voor de CFO. Om verder te kijken dan het eigen finance domein en te blijven innoveren en veranderen.”
Hoe digitaliseren de leden van RIPE NCC?
“RIPE NCC heeft van oudsher leden met een technische achtergrond, maar er is een toestroom gaande van leden uit meer traditionele sectoren, zoals e productie en financial services. Ook zij zien het nut ervan in om lid te worden en zodoende direct toegang te krijgen tot onze kennis en hun eigen IP resources,. Sectoren zoals de retail, de reisbranche en de media zijn al vroeg meegaan in het ontdekken van de mogelijkheden die het internet biedt en moesten dat ook wel. Andere sectoren blijven misschien wat achter. Maar door de coronacrisis is er wel een ontwikkelingsslag gaande. Vrijwel alle bedrijven verkennen hoe ze hun producten of diensten online kunnen aanbieden. Daarom zijn het leuke en fascinerende tijden voor financials. Op het vlak van technologische ontwikkelingen moet je kijken wat er kan, maar ook wat er noodzakelijk is om mee te gaan en niet de boot te missen. Het is namelijk niet dat je een keuze hebt om er wel of niet in mee te gaan. De voorbeelden zijn legio van organisaties die te lang bleven hangen in hun oude businessmodel en uiteindelijk ter ziele gingen.”
Een CFO moet dus niet alleen terugblikken, maar de blik op de toekomst hebben?
“Stel jezelf de vraag: wat heeft de business eigenlijk nodig morgen? De CFO is van oorsprong een transactional leader, maar wordt steeds meer een transformational leader. Van oudsher was hij of zij degene die de transacties rapporteerde en met terugwerkende kracht aangaf hoe het was gegaan de afgelopen maand. Maar het is noodzakelijk om vooruit te kijken en te bedenken wat er in de toekomst staat te gebeuren. De CFO moet soms bijna intuïtief te werk gaan. Je moet in staat zijn om niet alleen de trends in je eigen business te snappen, maar je moet ook met een open blik om je heen kijken en zien wat er gebeurt in de wereld. En gebeurt er iets in een andere sector waar ik iets van kan leren?”
“In dat licht vind ik het ook gezond dat CFO’s een beetje rouleren. Ik heb jarenlang in de financiële sector gewerkt en daar is compliance-data heel belangrijk. Dat is iets wat we de afgelopen jaren bij RIPE NCC hebben geïmplementeerd. Ik vroeg mezelf af: de monitoring die in de financiële sector plaatsvindt, kunnen we dat hier ook doen? Dat gaat over een beter gebruik van je data. Waar komen onze leden vandaan? Zijn er bepaalde regelgevingen waar we aan moeten voldoen en kunnen we dat automatiseren? Dat zijn inzichten die je van de ene sector naar de andere sector kunt halen en die zijn heel waardevol.”
Als CFO moet je in staat zijn om niet alleen de trends in je eigen business te snappen, maar je moet ook met een open blik om je heen kijken en zien wat er gebeurt in de wereld
Van Berne wordt de eerste Europese voorzitter van IMA® (Institute of Management Accountants), de wereldwijde beroepsorganisatie voor accounting en finance professionals. Wereldwijd heeft het IMA nu meer dan 140.000 leden. Van 1 juli 2021 tot 1 juli 2022 is ze Chair-Elect, waarna ze J. Stephen McNally, CFO van Plastic Technologies Inc. (PTI), opvolgt als voorzitter van de beroepsorganisatie.

Gwen van Berne: “Ik geloof dat je in een homogene bedrijfscultuur geen objectiviteit krijgt” (C) Roel Dijkstra Fotografie / Foto : Fred Libochant
Hoe zijn ze bij u terechtgekomen?
“Al twaalf jaar lang ben ik een actief lid van IMA, waarvan de afgelopen jaren zelfs in de global board en strategic planning committee. In die hoedanigheid heb ik ook enkele gastcolleges gegeven. Hierdoor heb ik brede steun gekregen vanuit de vereniging en van voormalige voorzitters, wat uiteindelijk leidde tot mijn aanstelling. Het stimuleren van nieuw talent en professionals vanuit verschillende achtergronden steunen is een belangrijke pijler van IMA. Dit uit zich ook in de benoeming van de voorzitter. Het feit dat ik de eerste niet-Amerikaanse voorzitter bevestigt dit ook.”
“De IMA heeft in het verleden gelukkig meerdere vrouwelijke voorzitters gehad. Toch is mijn benoeming een bewust statement dat de IMA niet alleen in woord maar ook in daad diversiteit steunt. Het is een onderwerp dat mij nauw aan het hart gaat. Ik wil me in deze rol inzetten voor meer diversiteit. Wij als finance professionals worden verwacht objectieve besluitvorming te nemen op basis van feiten. Ik geloof dat je in een homogene bedrijfscultuur geen objectiviteit krijgt. Dat kan alleen maar als je mensen hebt van verschillende nationaliteiten, achtergronden en sekse. Dan ontstaat het pas. Ik vind dat wij als financials een vaandeldrager moeten zijn voor diversiteit en ik wil dat benadrukken in mijn toekomstige voorzittersrol. Onderzoeken laten zien dat organisaties die worden aangestuurd door een divers team gewoon beter presteren. Daar zit dus ook een economisch belang achter.”
Bent u dan ook een voorstander van quota?
“Ik moet absoluut bekennen dat ik dat ben. Ik ben daar wel in veranderd. Ik ben nu 47 jaar, maar tot mijn 40ste was dat eigenlijk nog geen groot onderwerp voor mij. Ik heb in mijn loopbaan veel gewerkt in de IT en daar was ik vaak de eerste of enige vrouw. IT is toch echt een mannenbolwerk, maar het viel me niet op en ik paste me gewoon aan. Maar als je verder komt in je loopbaan en je er steeds meer in gaat verdiepen hoe je met jouw persoonlijke leiderschapsstijl impact kunt hebben, valt het pas echt op dat vrouwen ondervertegenwoordigd zijn. Juist ook in de eindverantwoordelijke functies. Dit blijkt uit diverse onderzoeken die het IMA heeft uitgevoerd. Diversiteit levert echter veel meer op voor de maatschappij en voor bedrijven. Zonder verplichte quota gaan we simpelweg veel te langzaam vooruit. Zolang we blijven worstelen met stereotype verwachtingen beletten mannen en vrouwen elkaar om optimaal hun talenten te kunnen inzetten en ontplooien.”
Diversiteit is het belangrijkste ontwerp tijdens uw voorzitterschap?
“Dat vind ik heel belangrijk en het zal zeker een speerpunt zijn. Maar ik heb verschillende thema’s geïdentificeerd waar ik aan wil werken. Een daarvan is globalisering. Ik heb zelf twaalf jaar geleden bewust de CMA (Certified Management Accountant)-opleiding gedaan. Ik wilde graag een opleiding die internationaal erkend was, want ik heb altijd veel gewerkt met andere nationaliteiten. De kracht van een opleiding die wereldwijd erkend is begint nu steeds meer te leven bij studenten. Je toekomstige werkgever hoeft niet meer in Nederland te zijn, maar komt mogelijk uit het Midden-Oosten. Die grenzen vervagen. Een CFO werkt ook niet alleen meer samen met organisaties in Nederland.”
“De CFO moet natuurlijk ook de assets van de organisatie beschermen en in dat licht is risicomanagement niet te onderschatten. Zorgen dat je compliant bent en dat je mitigation-plannen hebt voor als het mis gaat. Heb jij bij een pandemie voldoende liquiditeit en kapitaal? En heb je überhaupt goed nagedacht over je risico’s? Mijn ervaring is dat je de mooiste innovaties krijgt, als je ze ook benadert vanuit je risicokant. Wat kan ons in het ergste geval overkomen? Dat je vanuit die beperking nadenkt over hoe je het kan oplossen. Kortom, genoeg aandachtspunten waar ik aan wil werken.”
Gwen van Berne is een van de sprekers tijdens de Nationale Controllersdag op 7 oktober. Zij gaat in op de vraag: Moet de CFO de digitale transformatie leiden? Wat verwacht zij van de controller. “De controller is iemand die vanuit de kant van managementaccounting moet partneren met de business. Iemand die als ware continu op pad moet zijn in de organisatie. De controller moet zorgen voor een proactieve houding en zorgen voor de kennis in de business. Maar je moet ook kritisch blijven, met de pet van risicomanagement op. Waarom kies je wel of kies je niet voor een bepaalde innovatie? Ook moet de controller goed snappen welke data allemaal aanwezig zijn en deze kunnen combineren. Zodat je goede feiten kunt leveren voor de business om goede investeringsbeslissingen te nemen. Om zodoende te anticiperen op wat er mogelijk gaat komen.”
Volg Executive Finance op LinkedIn!
lang: en_US