
CFO Evert Brugman van Funda doet onderzoek naar management control bij familiebedrijven. Hij vraagt daarvoor financieel eindverantwoordelijken bij familiebedrijven om te reageren.
“Voor mijn kwalitatieve onderzoek heb ik minimaal twaalf personen nodig die ik kan interviewen”, vertelt Brugman. “Mogelijk dat daarna nog wat aanvullende vragen komen, maar in principe zal het totale tijdsbeslag van de deelnemer beperkt zijn. Bent u een niet-familie CFO in een familieonderneming en lijkt het u interessant om aan het onderzoek deel te nemen, dan hoor ik dat graag van u. Kent u iemand in een dergelijke positie, dan hoor ik ook graag of ik deze persoon kan benaderen.”
Vertrouwelijk behandeld
Alle informatie die Brugman verzamelt wordt vertrouwelijk behandeld en geanonimiseerd in het onderzoek. “Eventuele vermelding van de naam van de geïnterviewde en/of de naam van de onderneming vindt alleen plaats als hiervoor uitdrukkelijk toestemming is verleend door de participant in het onderzoek.”
Karakteristieken familiebedrijf
In de door Brugman gehanteerde definitie is een familiebedrijf een bedrijf:
• Waarvan de meerderheid van de zeggenschap, verbonden aan het eigendom, in handen is van een natuurlijk persoon dan wel de familie. De meerderheid kan direct of indirect zijn.
• Waarbij tenminste 1 lid van de familie formeel betrokken is bij het bestuur van de onderneming.
Daarnaast:
• Wordt de onderneming geleid door een CEO die ook lid is van de familie.
• Komt de CFO van buiten de familie en heeft geen banden met de familie.
• Heeft de onderneming 100 – 250 medewerkers in dienst en is bij voorkeur uitsluitend in Nederland gevestigd (export is geen probleem).
• Zijn bij de onderneming de laatste 3 jaar management control instrumenten door de CFO voorgesteld (nieuwe of voorstel tot aanpassing van bestaande).
Management control anders ingezet
Binnen zijn vakgebied constateerde Brugman dat management control in familiebedrijven vaak anders werd ingezet dan in niet-familie bedrijven. “Dit was voor mij enige jaren geleden reden om hier onderzoek naar te gaan doen. Dit doe ik in het kader van mijn Doctor of Business Administration traject. Uit de literatuur blijkt dat de inrichting en uitvoering van management control in (kleine en) middelgrote familieondernemingen niet gelijk is aan die bij niet-familie ondernemingen. Daar zijn verschillende redenen voor. In mijn onderzoek ga ik me richten op weerstanden bij de introductie van management control instrumenten. Dit kan gaan over nieuwe instrumenten of aanpassing van bestaande. Denk aan budgetten, resultatenrapportages, bonussen op basis van doelstellingen en dergelijke.”
Verandering in bestaande situatie
Het introduceren van nieuwe instrumenten of aanpassen van bestaande is een verandering in de bestaande situatie, constateert Brugman. “En veranderingen zijn vaak aanleiding voor weerstand daartegen. Dat kan een CFO dus ook verwachten. In mijn onderzoek richt ik me op ‘de benaderingen die in de perceptie van niet-familie CFO’s succesvol of minder succesvol zijn om weerstanden te overwinnen bij de invoering of aanpassing van formele management control instrumenten.’ Daarbij zoek ik naar situaties waarbij weerstanden zijn overwonnen – en het voorgestelde management control instrument is ingevoerd – en situaties waarbij dit niet is gelukt.”
Meer inzicht in mogelijke weerstanden
Door meer inzicht te krijgen in de mogelijke weerstanden, kunnen financieel eindverantwoordelijken hiermee rekening houden bij de introductie of wijziging van dergelijke instrumenten. “Deze inzichten kunnen relevant zijn voor CEO’s en CFO’s binnen familiebedrijven, maar ook voor externe adviseurs, (familie-) aandeelhouders, toezichthouders en andere belanghebbenden.”
Financial is geen familielid
Het onderzoek gaat Brugman doen bij familiebedrijven met 100 tot en met 250 medewerkers. “Een kleine afwijking van deze bandbreedte is geen probleem. Daarbij moet het familiebedrijf geleid worden door een CEO die lid is van de familie. De eindverantwoordelijke voor finance is geen familielid. Voor deze financieel eindverantwoordelijke hanteer ik de titel CFO, maar hij of zij kan in de praktijk ook de titel financieel directeur, controller, manager finance of iets soortgelijks hebben. De titel maakt op zich niet uit, zolang hij of zij maar de eindverantwoordelijke is voor de financiële functie binnen de organisatie. Deze niet-familie CFO is de persoon die geïnterviewd gaat worden.”
Evert Brugman is al lange tijd werkzaam in financiële functies in het bedrijfsleven. “Na een kleine twintig jaar bij beursgenoteerde bedrijven te hebben gewerkt, was ik ruim 10 jaar bij verschillende familiebedrijven aan de slag. Momenteel ben ik CFO bij Funda. Wat me bij familiebedrijven opviel, en aantrok, was de andere dynamiek. Bijvoorbeeld: meer focus op de lange termijn, de hoge loyaliteit van werknemers, een socialer gezicht en het familiegevoel door de gehele onderneming heen.”