Financiële technologie heeft een enorme revolutie veroorzaakt in het betaalverkeer. Daar excelleren neobanken in en traditionele banken omarmen in reactie daarop dezelfde technologieën. Maar hoe zit het met andere onderdelen van de bancaire dienstverlening? Exectutive Finance sprak PwC’s Jan Willem Velthuijsen hierover.
Betaaldiensten als PayPal en Google Pay, en neobanken als Revolut en N26 zijn de afgelopen decennia als paddenstoelen uit de grond geschoten. Chief Economist Jan Willem Velthuijsen van PwC vertelt waar dat vandaan is gekomen. De betaalinnovatie is eigenlijk begonnen vanwege het gratis betalen bij banken. Klanten kwamen binnen bij banken door deze gratis betaaloptie en konden daarna worden gekoppeld aan andere producten, zoals een hypotheek of effectenspaarrekening. Dat was het klassieke model van de retailbank in Nederland. Maar dat betekende dat banken nooit kritisch keken naar wat betalingen eigenlijk precies kostten.
Leergang Financieel Leiderschap
De Leergang Financieel Leiderschap is een zesdaagse uitgebreide cursusreeks die van 16 november tot 14 december die op de Nyenrode Business Universiteit gegeven wordt. Op dag één vertelt strategiedeskundige Michael van Everdingen over de verschuiving van het industriële tijdperk naar het datatijdperk en wat daar de impact van is. Vervolgens schetst PwC’s Chief Economist Jan Willem Velthuijsen de toekomst van de financiële sector. Tenslotte illustreert Corporate Finance Specialist Sander Oude Luttikhuis aan de hand van een business case die hierop aansluit.
Betalen wordt efficiënter
“Bij de traditionele banken ontstond een model waarbij ze eigenlijk geen idee hadden wat de werkelijke kosten waren van betaalverkeer”, legt Velthuijsen uit. “Er werd niet op afgerekend, dus ze wisten letterlijk niet wat het kostte. Bij traditionele banken was er dus nooit een prikkel om het betalen efficiënt te maken. Dat bleef daardoor een ouderwetse boel. Dat leverde een grote contestable market op en er kwamen allerlei betaaldiensten die betalen veel efficiënter bleken te kunnen regelen.”
En zo kwam het speelveld aan moderne online banken als Bunq en Revolut, en betaaldiensten als Ayden en Fitbit Pay. Neobanken worden als grote uitdagers gezien van traditionele banken als een ABN Amro en Rabobank. De econoom denkt dat het niet zo’n vaart zal lopen met het soms voorspelde verdwijnen van traditionele banken. Deze oude bekende namen zullen eerder elementen lenen van zulke moderne online banken om te integreren in hun portfolio.
LEES OOK: Dennis Vink: “Financieel leiderschap gaat over ingrijpen als dat nodig is”
Banken worden systeembanken
De regulering is in Nederland zodanig dat het voor internationale partijen lastig is om iets meer te doen dan enkel betaalverkeer ondersteunen. Na de financiële crisis zijn banken die steeds meer in het buitenland actief werden weer nationaal geworden, vertelt Velthuijsen. “We hebben eigenlijk besloten dat alle banken systeembanken zijn”, zegt hij over de periode na de crisis, toen het nationale belang van banken werd benadrukt. “We kunnen het ons niet veroorloven dat ze omvallen en bovendien worden spaarders beschermd met het depositogarantiestelsel. Dat is heel riskant voor de nationale schatkist als een bank heel veel buitenlandse spaarders heeft. Dus in ijltempo hebben we ze weer nationaal gemaakt.” Hij verwijst naar de IJslandse bankencrisis, waarbij de drie belangrijkste banken van het land failliet gingen en er een run was op onder meer spaarrekeningen van Nederlanders. Dat was een run die de IJslandse schatkist nooit kon dragen.
“We kunnen het ons niet veroorloven dat banken omvallen en bovendien worden spaarders beschermd met het depositogarantiestelsel”
Chief Economist Jan Willem Velthuijsen van PwC
“Die nationale regulering is denk ik ook van toepassing op banken binnen fintech. Zolang wij op deze manier reguleren, blijven dat eigenlijk nationale dingen.” Er komen wel internationale betaalvoorzieningen als Google Pay in de Nederlandse bank, maar dat zullen geen banken worden, denkt Velthuijsen. “Ze zijn niet in staat – en het is financieel onaantrekkelijk voor een technologiebedrijf – om producten als hypotheken of verzekeringen aan te bieden en daardoor zullen zij niet snel een heel grote concurrent worden.”
Innovatie door traditionele partijen
Een in de Verenigde Staten uitdager genaamd Moven, gaf er vorig jaar de brui aan wat betreft zijn consumentenbankzaken. De moderne betaaldienst die betalen via NFC-stickers ondersteunde, zag dat de markt volliep met niet alleen soortgelijke diensten, maar ook dat traditionele banken dezelfde betaalfuncties ondersteunden. NFC wordt nu bijvoorbeeld in de VS ook ondersteund door Visa en de standaard van het bedrijf wordt ook gebruikt voor contactloos betalen in Nederland. Dé onderscheidende feature van Moven is na de innovatieslag mainstream geworden. Veelzeggend is dat Moven nu zijn technologie licentieert aan andere financiële instellingen die deze moderne betaalmethode willen gebruiken.
LEES OOK: Jeff Gaspersz: Waarom de CFO cruciaal is voor innovatie…
“Waarom is Google Pay geen groot succes?” vraagt Velthuijsen zich retorisch af. “Ik denk ook deels omdat de innovatie daar wel een klein beetje uit is”, stelt hij. Features als het volgen van transactiestromen vereist in deze regio ook een banklicentie met een hoop spelregels. “Dat is behoorlijk dichtgereguleerd en is verbonden aan allerlei dingen waar de Googles van deze wereld niet zo van houden.”
Over Jan Willem Velthuijsen
Jan Willem Velthuijsen is Chief Economist en Partner bij PWC en tevens verbonden aan de Rijksuniversiteit Groningen. Na het behalen van zijn Master in Econometrie aan de Universiteit van Amsterdam vervulde hij twee onderzoeksposities bij de economische afdelingen van de Universiteiten van Tilburg en Amsterdam. In 1984 maakte hij de overstap naar de commerciële onderzoekstak van de economische afdeling van de UvA, ook bekend als SEO Economic Research, waar hij ongeveer vijftien jaar werkte. In die jaren deed hij ervaring op binnen diverse economische onderzoeksgebieden, met een specialisatie op energie en technologie. In de jaren 90 werd hij Professor of Energy Economics aan de Universiteit van Amsterdam.
Een Google-hypotheek?
Bovendien rijst de vraag hoe je zulke fintechpartijen moet reguleren. “Reguleren kun je leren. Hoe moet je omgaan met al die nieuwe dingen? We hebben DNB, de AFM, de ECB, maar ook de Fed en SEC onderzoeken hoe bijvoorbeeld moet worden aangekeken tegen marktdominantie. Hoe kijken we aan tegen balansen? Wanneer geven we iemand een banklicentie? Dat weten we niet precies. Dan komt er iets als bitcoin. Moeten we de burger tegen zichzelf beschermen of is dat eigen risico voor mensen die daarin gaan zitten?”
Terwijl toezichthouders worstelen met deze vragen, bieden nieuwe diensten enkel allerlei moderne betaalfuncties aan, maar daar blijft het bij. “Ze willen ook niet aan al die andere functies. Google gaat echt geen hypotheken verstrekken, want die wil niet zo’n lange balans hebben. Alles wat het bedrijf heeft, wordt geïnvesteerd in innovatie.”
Bank verruilen voor app
Hoe ziet de toekomst van banken in Nederland er dan uit? Velthuijsen, spreker tijdens de Leergang Financieel Leiderschap, ziet niet direct grote veranderingen op stapel staan. “Je zou misschien denken dat grote banken op den duur fuseren, maar ik denk dat dat niet mag omdat je concurrentie wilt houden.” Voor neobanken ziet hij vooral een toekomst als retailbanken, die betaalmogelijkheden ondersteunen en laagdrempelig zijn voor bijvoorbeeld eenmanszaken en freelancers. Bovendien neemt de meerwaarde van innovatieve bankoplossingen af, naarmate deze elementen door ‘reguliere’ banken worden aangeboden. “Wat de grote banken nu doen is dat ze als de donder efficiënt betaalverkeer regelen.”

Fintech heeft een enorme revolutie teweeggebracht in met name betaalverkeer, zegt de econoom. “Dat jij en ik elkaar een betaling via een app kunnen sturen en zeker weten dat het goedkomt, dat is fantastisch. Of dat nou via de Binck of de Bunq gaat, het werkt allemaal. Van zulke innovatie hadden we tien jaar geleden niet durven dromen.” Zo’n nieuwkomer is de luis in de pels die ervoor zorgt dat banken veranderen. Maar de vraag is of klanten op lange termijn hun traditionele bank verruilen voor een neobank.
Velthuijsen vertelt bijvoorbeeld dat zijn kinderen volledig zijn overgestapt op zulke moderne banken waar velen nog nooit van hebben gehoord. “Maar de meeste mensen die dat ook willen, houden voor de zekerheid toch maar hun rekening bij bijvoorbeeld ING aan. Er zijn volgens mij maar weinig die écht alleen maar bij Bunq bankieren. Daar zit één belangrijk aspect aan: de Nederlandse Staat zal ING nooit laten vallen. Ik denk Bunq overigens inmiddels ook niet meer, maar dat de Staat een traditionele bank zal opvangen zal voor veel mensen meespelen.”
Ook interessant
– Prof. dr. Jaap van Muijen: “Het is niet iedere financial gegeven om er een visie op na te houden”
– “Financial ontkomt niet aan morele verplichtingen en verantwoordelijkheden”