De duurzaamheidsregels die met CSRD op ons af komen krijgen steeds meer vorm. Grote ondernemingen moeten er per 1 januari 2024 aan voldoen. Middelgrote zijn een jaar later aan de beurt. Het advies is om alvast te starten. Maar hoe dan?
E-learning: CSRD en verslaggeving
Ferdy van Beest legt in een nieuwe videocursus van Finance Academy E-learning onder meer uit hoe u moet rapporteren op ESG-thema’s, hoe u een stappenplan ontwikkelt om een duurzaamheidsverslag op te stellen en welke rol due diligence en assurance spelen.
>> Al abonnee? Bekijk hier de cursus op uw persoonlijke dashboard.
>> Nog geen lid? Bekijk de cursus hier in de catalogus. Maak in december 2022 gebruik van een megakorting op een abonnement.
Op 22 november 2022 zijn de eindversies van de European Sustainability Reporting Standards (ESRS) uitgebracht. Deze geven een invulling aan het wettelijk kader Corporate Sustainability Reporting Directive (CSRD), zoals deze op 10 november 2022 zijn goedgekeurd door het Europees Parlement. De verwachting is dat er misschien nog hele kleine veranderingen komen aan de ESRS-standaarden, maar dat deze uiteindelijk 30 juni 2023 worden goedgekeurd.
De CSRD is van toepassing voor alle grote ondernemingen (> 40 miljoen omzet, > 20 miljoen balanstotaal, > 250 werknemers) vanaf 1 januari 2025. Voor beursgenoteerde ondernemingen en oob’s is dit zelfs een jaar eerder. Hiermee is er weer een stap gezet richting waarborging van betere duurzaamheid, maar zeker duurzaamheidsverslaggeving.
Overzicht ESRS
Figuur 1 (hieronder) geeft in grove lijn inzicht in de huidige ESRS-standaarden. Additioneel wordt er op dit moment nog gewerkt aan sectorspecifieke standaarden (bijvoorbeeld voor de agrarische sector). ESRS1 en ESRS2 zijn cross-cutting-standaarden waarin de grove lijnen zijn uitgewerkt. Indien je wil starten met duurzaamheid en duurzaamheidsverslaggeving specifiek, lijken deze standaarden het beste vertrekpunt.
ESRS1 gaat onder andere in op de kwalitatieve kenmerken van duurzaamheidsinformatie (zoals begrijpelijkheid en vergelijkbaarheid) maar verwijst ook naar het nieuwe concept ‘dubbele materialiteit’.

‘Double materiality is a concept which provides criteria for determination of whether a sustainability matter or information has to be included in the undertaking’s sustainability report. Double materiality is the union (in mathematical terms, i.e., union of two sets, not intersection) of impact materiality and financial materiality. A sustainability matter or information meets therefore the criteria of double materiality if it is material from the impact perspective or from the financial perspective or from both of these two perspectives.’
Dubbele materialiteit bestaat uit twee onderdelen:
- Financiële materialiteit: impact van de omgeving op de organisatie. Welke duurzaamheidgerelateerde kansen en risico’s zijn er vanuit de omgeving op de organisatie? Denk aan water- en droogteschade, CO2-heffingen en reputatierisico. => Outside-In.
- Impact materialiteit: welke potentiële impact heeft de organisatie op haar omgeving? Denk aan het aantasten van de biodiversiteit, mensenrechtenschendingen en uiteraard CO2-uitstoot. => Inside-out.

Dubbele materialiteit is van belang, omdat bedrijven volgens de CSRD moeten rapporteren op de materiële thema’s van het bedrijf. Dubbele materialiteit bepaalt daarmee de focus voor het rapporteren van duurzaamheid binnen een bedrijf en heeft invloed op het aantal te rapporteren ESRS-en.
ESRS2 gaat vervolgens verder in op de toelichtingsvereisten. Het aantal vereiste datapunten is met de nieuwe ESRS gedaald, maar bestaat nog steeds uit +/- 1.000 kpi’s. Deze hoef je uiteraard als organisatie niet allemaal te meten, maar voor het uitsluiten van kpi’s is wel een goede materialiteitsmatrix vereist (aangeven waarom iets voor jullie organisatie NIET van belang is).
De ecologische factoren worden uitgewerkt in 5 standaarden, waarbij ESRS E1 voor iedereen van toepassing is, aangezien klimaatverandering een wereldwijd probleem is. Andere ESRS-en daarentegen, bijvoorbeeld ‘water and marine’, zullen niet voor alle grote organisaties van toepassing zijn. Zie ook het voorbeeld van de uitwerking van een aantal e-maatstaven in het kader.
Voorbeeld uitwerking e-maatstaven
Geef een omschrijving van de gebruikte grondstoffen voor energieverbruik en brandstofverbruik. Bereken op basis hiervan, de uitgestoten hoeveelheid CO2. Geef daarnaast een omschrijving van de maatregelen om emissies te reduceren en de 1,5 graden Celsius doelstelling vanuit Europa te behalen. Druk deze punten onder andere uit in: Kpi 1 = Het energieverbruik van de onderneming, onder te verdelen in: – Energieverbruik uit grijze stroom in kWh Kpi 2 = Het brandstofverbruik van de onderneming, onder te verdelen in: – Dieselverbruik in liters Kpi 3 = De uitstoot van de volgende gassen door de onderneming: Koolstofdioxide (CO2). Het verbruik van de onderneming is om te rekenen naar CO2-uitstoot volgens de volgende omrekenfactoren: – Grijze stroom: 0,649 kg CO2 per kWh |
Ook voor de sociale werkomgeving (lees: de mens) zijn veel kpi’s uitgewerkt, waarbij S1 voor iedere grote organisatie van toepassing is. S2 is overigens (ongeveer) hetzelfde als S1, maar dan voor de gehele waardeketen. Dat heeft te maken met het ketendenken, scope 1, 2 en 3. Scope 1 betreft de directe rapportage en effecten van de organisatie zelf. Scope 2 komt direct vanuit de energiemaatschappijen (onder andere aangekochte elektriciteit), terwijl scope 3 focust op de totale waardeketen, zowel vanuit de leveranciers, als richting klanten (zowel upstream als downstream).

Grote ondernemingen moeten dus niet alleen rapporteren over hun eigen onderneming, maar ook over de totale waardeketen. De eerste 3 jaar is er nog een uitstelmogelijkheid, indien de informatie uit de keten nog niet beschikbaar is. Wel moet je dan toelichten hoe je aan de informatie uit de waardeketen denkt te komen.
Als laatste wordt de governance (ESRS G1 en G2) besproken in de ESRS-en. Zie de voorbeelden in de kaders.
Voorbeeld S1 Eigen Personeel Geef een omschrijving van hoe er binnen de onderneming omgegaan wordt met verschillen tussen mannen en vrouwen, en druk dit onder andere uit in: Kpi 1 = Verhouding tussen mannen en vrouwen, uitgedrukt in: (totale inkomsten van mannen – totale inkomsten van vrouwen) / totale inkomsten van mannen – De hoeveelheid vaste contracten onderverdeeld in man/ vrouw Geef een omschrijving van het beleid omtrent het vaststellen van salarissen, en druk dit onder andere uit in: Kpi 2 = Hoogst betaalde salaris afgezet tegen het gemiddelde salaris. Te berekenen als: Totale jaarlijkse compensatie van het hoogste individu / mediaan van de totale jaarlijkse compensatie van de werknemers |
Voorbeeld G1 Bestuur, risicomanagement en interne controle Geef een omschrijving van de samenstelling van de bestuursorganen, en druk dit onder andere uit in: Kpi 1 = De samenstelling van elk bestuursorgaan betreffende: Geef een omschrijving van de bijeenkomsten van elk van de bestuursorganen, en druk dit onder andere uit in: Kpi 2 = Het aantal vergaderingen per jaar, en het aantal aanwezigen bij elk van de vergaderingen Geef een omschrijving van hoe de onderneming haar stakeholders betrekt bij de ontwikkeling van duurzaamheidsbeleid: Kpi 3 = Deelt de onderneming haar duurzaamheidsbeleid met relevante stakeholders, en hoe vindt deze uitwisseling van informatie plaats? |
Het draait dus om de brede uiteenzetting van de governancestructuur van de organisatie, inclusief checks and balances, de rol van stakeholders, het risicobeleid van de organisatie en het diversiteitsbeleid dat wordt toegepast.
Toepassing in praktijk
Bij de eerste besprekingen komt naar voren dat de praktische toepassing lastig is. Hierbij is er een groot verschil tussen ondernemingen die reeds ervaring hebben met de Non financial Reporting Directive (NFRD) die van toepassing is op beursgenoteerde ondernemingen en oob’s.
Citaat CFO: “Wij staan aan het begin van alles. We zijn nu met een groepje mensen, breed uit de organisatie, bezig om dit op te starten. We hebben het gesplitst in tweeën. Het ene is echt het materiële stuk van die footprint, wat wij echt heel lastig vinden. We hebben een externe partij een offerte laten maken, waar wij ons wild van geschrokken zijn. Scope 1 en scope 2 zijn nog redelijk overzichtelijk, maar scope 3 is echt erg lastig.”

Stap 1 is direct een dubbele, namelijk enerzijds het werken aan de uitwerking van de strategie, het waardecreatiemodel en de dubbele materialiteitsmatrix, maar anderzijds het direct uitvoeren van een ESRS-nulmeting. Aan hoeveel van de totale ESRS-en kunnen wij op dit moment al invulling geven. Een recente uitwerking van deze vraag bij een grote onderneming, leert dat deze nog niet verder kwam dan 28 kpi’s van de 1.000!
Stap 2 betreft het uitwerken van alle beleidsstukken die noodzakelijk zijn bij het invulling geven aan het duurzaamheidsbeleid. Ter illustratie: onderdeel a gaat in op de scheefheid van betalingen tussen mannen en vrouwen (de werkelijke meting); onderdeel b gaat vervolgens in op hoe vanuit het beleid van de organisatie deze scheefheid wordt gereduceerd. Dus goede beleidsstukken zijn enorm belangrijk om visie van de organisatie te weerspiegelen.
Stap 3 gaat verder in op de invulling van dit totale beleid en de totale uitwerking in een goed softwaresysteem. Het is belangrijk om de checks and balances goed uit te werken, om op die manier te voldoen aan de eisen van limited assurance, onder andere de invulling en het steunen op de internal controls. 3810N geeft hierbij de volgende invulling:
“De accountant dient in ieder geval inzicht te verwerven in de hierna volgende componenten van de interne beheersing van de entiteit die relevant zijn voor de duurzaamheidsverslaggeving:
- de interne beheersingsomgeving;
- het informatiesysteem inclusief de gerelateerde bedrijfsprocessen en communicatie van rollen en verantwoordelijkheden inzake het rapporteren over emissies en significante aangelegenheden die hier verband mee houden;
- het risico-inschattingsproces van de entiteit;
- interne beheersingsactiviteiten die relevant zijn voor de opdracht en waarvan de accountant het noodzakelijk acht om daarin inzicht te verwerven om de risico’s op een afwijking van materieel belang op het niveau van beweringen in te schatten en om verdere werkzaamheden te kunnen opzetten en uitvoeren inspelend op de ingeschatte risico’s. Voor een assurance-opdracht is het niet nodig dat de accountant inzicht verwerft in alle interne beheersingsactiviteiten in relatie met iedere significante soort emissie en de toelichting hierop in het emissieverslag of met elke bewering die daarvoor relevant is; en
- het monitoren van de interne beheersingsmaatregelen.”
Het (software)systeem van de organisatie moet hier dus ‘klaar’ voor zijn, zeker omdat veel onderdelen niet fysiek kunt waarneembaar zijn (CO2-uitstoot kun je niet zien, dus die moet worden afgeleid uit indirecte databronnen).
Stap 4 gaat uiteindelijk om de metingen van de ESRS-en. Op basis van de huidige inschattingen binnen de RJ-werkgroep zal na uitwerking van de materialiteitsanalyse een significant kleiner aantal kpi’s moeten worden gemeten, maar nog altijd honderden. Tevens is het aan te bevelen het systeem van kpi-metingen in 2024 al als dummy te hebben lopen om alle ‘fouten’ eruit te halen. De werkelijke meting kan dan plaatsvinden in 2025 (vergelijkende cijfers hoeven niet opgenomen te worden), waarnaar beperkte mate van zekerheid kan worden toegekend in het voorjaar van 2026.
Ontwikkelingen en urgentie
Het is veel! Het is gedetailleerd! Het is complex! Allemaal waar. Maar het bredere doel, te weten het verbeteren van duurzaamheid, is de moeite waard. Daarnaast is de CSRD al goedgekeurd en met de aanstelling van Patrick de Cambourg als trekker van de ESRS-en is de verwachting niet dat het aantal eisen zal dalen. Positief is dan ook om te noemen dat het thema als PE-verplichting wordt meegenomen voor accountants in 2023. Het tekort aan experts is echter zo groot dat onderwijsinstellingen elkaar niet eens direct beconcurreren, maar allemaal willen toewerken naar een werkveld dat beter is opgeleid. Kortom, er wordt met man en macht gewerkt aan het verbeteren van de kennis op het gebied van duurzaamheid en duurzaamheidsverslaggeving. Voor nu is de boodschap echter: start! Begin met stap 1. Huur eventueel een consultant in om te ondersteunen, maar start! ‘It giet oan!’ CSRD: op weg naar een duurzamere toekomst.
Auteur: Dr. Ferdy van Beest is directeur data proposities en integrated reporting bij Flynth adviseurs en accountants en universitair hoofddocent corporate reporting aan de Nyenrode Business Universiteit.
Finance Academy E-learning
Leeromgeving Finance Academy E-learning bevat cursussen met een breed scala aan onderwerpen die voor controllers van belang zijn. Met het platform kunt u uw leerdoelen verwezenlijken en kennis vergaren om op de toekomst voorbereid te zijn volgens de nieuwe richtlijn voor Permanente Educatie. Maak nu kennis en profiteer van 10 procent korting op een abonnement. U kunt ook geheel vrijblijvend een gratis e-learning proberen om de omgeving te leren kennen.
